ECLI:NL:RBNNE:2025:5120
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in verkrachtingszaak door gebrek aan overtuigend bewijs
Op 9 december 2025 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van het medeplegen van verkrachting. De rechtbank sprak de verdachte vrij, omdat er onvoldoende overtuigend steunbewijs in het dossier aanwezig was om tot een bewezenverklaring te komen. De zaak was ontstaan naar aanleiding van een incident op 4 oktober 2023 in Sneek, waarbij de verdachte en een of meer anderen de aangeefster zouden hebben gedwongen tot seksuele handelingen. Tijdens de zitting op 18 november 2025 was de verdachte aanwezig, bijgestaan door zijn advocaat, mr. E. Albayrak, terwijl het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door officier van justitie mr. H. Mous.
De officier van justitie had veroordeling gevorderd, met uitzondering van een onderdeel van de tenlastelegging, en een gevangenisstraf van 24 maanden geëist, waarvan 6 maanden voorwaardelijk. De verdediging pleitte voor vrijspraak, stellende dat er geen wettig en overtuigend bewijs was. De rechtbank concludeerde dat er op basis van de beschikbare verklaringen en het bewijs niet kon worden vastgesteld dat er sprake was van dwang. De tegenstrijdige verklaringen van de betrokkenen en het geringe letsel bij de aangeefster droegen bij aan de beslissing van de rechtbank.
De rechtbank verklaarde de benadeelde partij, de aangeefster, niet-ontvankelijk in haar vordering tot schadevergoeding, omdat het feit niet bewezen was. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en de proceskosten werden door beide partijen zelf gedragen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken op 9 december 2025.