ECLI:NL:RBOBR:2016:443
Rechtbank Oost-Brabant
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Gedeeltelijke schorsing van een concurrentiebeding in kort geding wegens wijziging van omstandigheden
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Oost-Brabant op 1 februari 2016 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een werknemer, aangeduid als [eiser], en zijn voormalige werkgever, Nestinox B.V. De werknemer vorderde de vernietiging van een concurrentiebeding in zijn arbeidsovereenkomst, zodat hij in dienst kon treden bij Ven Fasteners B.V. De werknemer was sinds 2 januari 2012 in dienst bij Nestinox en had een concurrentiebeding dat hem verbood om gedurende twee jaar na beëindiging van zijn dienstverband een soortgelijk bedrijf te vestigen of te werken. Na beëindiging van zijn dienstverband had de werknemer gesolliciteerd bij Ven Fasteners, maar werd hij afgewezen vanwege het concurrentiebeding. De voorzieningenrechter oordeelde dat de belangen van de werknemer bij schorsing van het concurrentiebeding zwaarder wogen dan die van de werkgever, gezien de wijziging van omstandigheden, waaronder de beschikbaarheid van een nieuwe baan. De rechter schorste het concurrentiebeding gedeeltelijk, zodat de werknemer in dienst kon treden bij Ven Fasteners, mits hij geen contacten onderhield met klanten van Nestinox die hij tijdens zijn dienstverband had bediend. De vordering tot volledige vernietiging van het concurrentiebeding werd afgewezen, en de proceskosten werden gecompenseerd.