ECLI:NL:RBOBR:2018:5162
Rechtbank Oost-Brabant
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Beëindiging huurovereenkomst en vordering tot ontruiming met betrekking tot huurachterstand en schadevergoeding
In deze zaak, uitgesproken op 4 oktober 2018 door de Rechtbank Oost-Brabant, is een geschil ontstaan tussen de eisers, beiden woonachtig op Bonaire, en de gedaagde, die de woning van eisers huurde. De eisers hebben de gedaagde aangeklaagd wegens het niet nakomen van de huurovereenkomst, die op 4 juli 2017 was gesloten voor de duur van een jaar. De eisers vorderden onder andere huurpenningen, ontruiming van de woning en schadevergoeding. De gedaagde heeft de woning doorverhuurd aan een derde partij en heeft zich niet gehouden aan de voorwaarden van de huurovereenkomst, waaronder het aantal bewoners en het onderhoud van de woning. De eisers hebben de gedaagde in november 2017 schriftelijk op de hoogte gesteld van de tekortkomingen en hebben de huurovereenkomst per 10 juni 2018 beëindigd. De gedaagde heeft echter geen medewerking verleend aan de ontruiming van de woning en heeft ook geen huur meer betaald sinds februari 2018. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de huurovereenkomst rechtsgeldig is beëindigd en heeft de gedaagde veroordeeld tot ontruiming van de woning en betaling van achterstallige huur en schadevergoeding aan de eisers. De gedaagde heeft in reconventie schadevergoeding gevorderd, maar deze vordering is afgewezen.