In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 14 maart 2019 uitspraak gedaan in een geschil tussen een maatschap die een omgevingsvergunning voor het omschakelen van een varkenshouderij naar een vleeskalverenhouderij had aangevraagd, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Landerd. De rechtbank moest beoordelen of verweerder de gevraagde omgevingsvergunning gedeeltelijk mocht weigeren op basis van het voorzorgsbeginsel, ondanks dat de aanvraag in overeenstemming was met de geldende regelgeving. De rechtbank oordeelde dat verweerder niet kon sluiten voor de discussie over de juistheid van emissiefactoren van combiluchtwassers en dat het voorzorgsbeginsel in dit geval gerechtvaardigd was. De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres ongegrond, omdat verweerder voldoende had gemotiveerd waarom de vergunning gedeeltelijk was geweigerd. De uitspraak benadrukt de noodzaak om risico's voor de volksgezondheid in overweging te nemen bij het verlenen van omgevingsvergunningen, vooral in situaties waar geurhinder een rol speelt.