In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Oost-Brabant, staat de aansprakelijkheid centraal van verschillende gedaagden voor de schade die eiser heeft geleden na een vuurwerkongeval op Oudjaarsnacht 2014-2015. Eiser, die zijn rechteroog heeft verloren door een vuurpijl, heeft de afsteker van de vuurpijl, de importeur van het vuurwerk en diens aansprakelijkheidsverzekeraar aangeklaagd. De rechtbank heeft in een eerdere deelgeschilprocedure de aansprakelijkheid van de afsteker afgewezen, maar in deze bodemprocedure heeft eiser de rechtbank gevraagd om deze beslissing te heroverwegen. De rechtbank oordeelt dat de afsteker niet onzorgvuldig heeft gehandeld, omdat de afstand tot de afsteekplaats niet de oorzaak was van het letsel. De vordering tegen de importeur van de vuurpijl wordt echter toegewezen, omdat de vuurpijl niet op de juiste manier is gevlogen, wat leidt tot de conclusie dat er sprake is van een gebrekkig product. De rechtbank kent eiser een voorschot toe op de immateriële schadevergoeding en veroordeelt de importeur tot betaling van verdere schade, waaronder buitengerechtelijke kosten, op te maken bij staat.