Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
uitspraak van de meervoudige kamer van 18 december 2020 in de zaak tussen
Stichting Groen Kempenland, te Netersel, gemachtigde: ir. A.K.M. van Hoof.
Procesverloop
Overwegingen
- Voor het bedrijf aan de [adres] te [vestigingsplaats] is op 22 juni 2011 een revisievergunning ingevolge de Wm verleend voor het veranderen en in werking hebben van de gehele inrichting. Er is vergunning verleend voor het houden van dieren in drie stallen. Twee stallen waren in 2011 al in bedrijf, de derde moest nog worden gebouwd. Op 5 februari 2013 is een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen (als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder a, van de Wabo) verleend voor de bouw van de derde varkensstal voor het houden van 2.999 vleesvarkens. De omgevingsvergunning van 22 juni 2011 is hiermee in werking getreden en is onherroepelijk.
- Op 25 augustus 2014 heeft de adviseur van eiser verweerder medegedeeld dat stal 3 nog niet is gebouwd. Deze stal was echter wel nodig om te kunnen voldoen aan het Besluit emissiearme huisvesting veehouderij (Behv). In de brief staat dat er tijdelijk geen dieren worden gehouden om niet meer aan het Behv te hoeven voldoen. Voor het bedrijf is op 16 juni 2015 een vergunning als bedoeld in artikel 2.7, tweede lid, van de Wet natuurbescherming verleend. Op 11 januari 2016 heeft verweerder van eiser een kennisgeving Stoppersregeling ontvangen. Hierin is vermeld dat in stal 1 maximaal 188 vleesvarkens en in stal 2 maximaal 480 vleesvarkens worden gehuisvest. Feitelijk werden er op dat moment in deze stallen geen dieren gehouden.
- Het ontwerpbesluit tot intrekking heeft met ingang van 23 oktober 2018 tot en met
- 3 december 2018 ter inzage gelegen met de mogelijkheid een zienswijze in te dienen. Eiser heeft van die mogelijkheid gebruik gemaakt.
- Op 30 oktober 2018 heeft eiser nog een aanvraag ingediend voor een wijziging van de inrichting (andere luchtwassers). Deze aanvraag heeft verweerder buiten behandeling gelaten omdat benodigde gegevens ontbraken. Hiertegen is geen rechtsmiddel aangewend.
- Derde-partij heeft op 6 september 2019 verzocht om de intrekking van de omgevingsvergunning milieu van 22 juni 2011 en de omgevingsvergunning voor bouwen van 5 februari 2013.