ECLI:NL:RBOBR:2025:3609
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak inzake WIA-uitkering en arbeidsongeschiktheidsevaluatie met betrekking tot eiseres
In deze tussenuitspraak van de Rechtbank Oost-Brabant, zittingsplaats 's-Hertogenbosch, wordt het beroep van eiseres tegen de beslissing van het UWV over haar arbeidsongeschiktheid beoordeeld. Eiseres, die sinds 2011 ziek is en een WIA-uitkering ontvangt, is het niet eens met de vastgestelde mate van arbeidsongeschiktheid van 43,94% per 22 juni 2023. Het UWV had eerder vastgesteld dat zij geen recht meer had op de uitkering, maar dit besluit werd later herzien. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen de vastgestelde mate van arbeidsongeschiktheid en heeft aanvullende rapportages ingediend ter ondersteuning van haar standpunt.
De rechtbank heeft op 15 mei 2025 de zaak behandeld en komt tot de conclusie dat het UWV een motiveringsgebrek heeft in het bestreden besluit. Eiseres heeft onvoldoende onderbouwd waarom een urenbeperking van 4 uur per dag en 20 uur per week noodzakelijk is. De rechtbank biedt eiseres de gelegenheid om haar standpunt nader te onderbouwen en stelt het UWV in de gelegenheid om het geconstateerde gebrek in de besluitvorming te herstellen. De rechtbank houdt verdere beslissingen aan tot de einduitspraak op het beroep, waarbij ook de proceskosten en het griffierecht nog niet zijn behandeld.