Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
(telkens) onjuist en/of onvolledig heeft gedaan, door (telkens) op/in het/de ingeleverde/ingediende aangifte(n) een onjuist bedrag, te weten een bedrag van in EUR 100.000,- en/of EUR 95.000, aan verschuldigde omzetbelasting en/of voor aftrek in aanmerking komende omzetbelasting op te geven, terwijl dat/die feit(en) (telkens) ertoe strekte(n) dat te weinig belasting wordt geheven;
verstrekt aan (een ambtenaar van) de Belastingdienst, bestaande die onjuistheid en/of onvolledigheid hierin dat in de voornoemde suppleties (telkens) een te laag en/of onjuist bedrag aan verschuldigde omzetbelasting en/of een te hoog en/of onjuist bedrag aan voorbelasting te vermelden terwijl dat/die feit(en) (telkens) ertoe strekte(n) dat te weinig belasting wordt geheven;
De formele voorvragen.
De bewijsvraag.
De bewezenverklaring.
telkens onjuist heeft gedaan, door telkens op de ingediende aangiften een onjuist bedrag, te weten een bedrag van in EUR 100.000,- en EUR 95.000, aan verschuldigde omzetbelasting en voor aftrek in aanmerking komende omzetbelasting op te geven, terwijl die feiten telkens ertoe strekten dat te weinig belasting wordt geheven;
De strafbaarheid van het feit.
De strafbaarheid van verdachte.
Oplegging van straffen.
Toepasselijke wetsartikelen.
DE UITSPRAAK
straffen:
* een taakstraf voor de duur van 240 uren subsidiair 120 dagen hechtenis;
* een gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden;
twee jaarde hierna te noemen voorwaarde niet heeft nageleefd;