Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.[eiser 1],
[eiser 2],
1.De procedure
- de dagvaarding
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota van [gedaagde].
2.Het geschil
Primair
Subsidiair
3.De beoordeling
[eisers] te worden afgewezen.
Rechtbank Overijssel
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Overijssel op 25 april 2014, hebben eisers, vertegenwoordigd door advocaat mr. K.A. Boshouwers, een kort geding aangespannen tegen gedaagde, vertegenwoordigd door advocaat mr. I. Kruiders. De eisers vorderden primair toestemming voor het laten verrichten van een uitgebreide obductie van het lichaam van [betrokkene], die op 22 april 2014 was overleden. Daarnaast vroegen zij om de uitvaart van [betrokkene] aan te houden tot de obductie was uitgevoerd en de resultaten waren vastgelegd door een patholoog. Subsidiair vroegen zij vervangende toestemming voor de obductie, in het geval gedaagde niet instemde.
De voorzieningenrechter heeft de procedure in goede orde doorlopen, waarbij de dagvaarding, de mondelinge behandeling en de pleitnota van gedaagde zijn behandeld. De rechter heeft vastgesteld dat er sprake was van een spoedeisend belang van eisers bij de gevorderde maatregelen. Echter, na beoordeling van de ingediende vorderingen heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat de vorderingen van eisers moesten worden afgewezen. De gronden voor deze beslissing zullen in een eindvonnis worden gemotiveerd.
De voorzieningenrechter heeft in zijn beslissing de vorderingen van eisers afgewezen en verdere beslissingen aangehouden. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. M.H.S. Lebens-de Mug op 25 april 2014.