ECLI:NL:RBOVE:2015:5815
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om vervangende toestemming voor verhuizing met minderjarige kinderen naar Duitsland
In deze zaak heeft de moeder verzocht om vervangende toestemming om met haar minderjarige kinderen naar Duitsland te verhuizen. De moeder heeft aangegeven dat haar familie daar woont en dat ze graag weer in de nabijheid van haar familie wil wonen. De vader van de kinderen is echter tegen de verhuizing en stelt dat het niet in het belang van de kinderen is. De rechtbank heeft de zaak behandeld op 7 oktober 2015, waarbij beide ouders en hun advocaten aanwezig waren. De Raad voor de Kinderbescherming was ook vertegenwoordigd. De minderjarige [B] is op 4 november 2015 door de kinderrechter gehoord en heeft duidelijk gemaakt dat hij niet naar Duitsland wil verhuizen. De rechtbank heeft de belangen van de kinderen afgewogen tegen de wensen van de moeder. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat de verhuizing niet in het belang van de kinderen is, vooral gezien de emotionele en sociale impact die dit zou hebben. De moeder heeft geen concrete plannen gepresenteerd over hoe zij haar leven in Duitsland zou inrichten en de rechtbank heeft vastgesteld dat de kinderen goed geworteld zijn in Nederland. De kinderrechter heeft uiteindelijk het verzoek van de moeder afgewezen, omdat het belang van de kinderen om bij hun vader en vrienden te blijven zwaarder weegt dan het belang van de moeder om te verhuizen. De beschikking is op 16 december 2015 uitgesproken.