In deze zaak vorderde eiseres [X] terugbetaling van bemiddelingskosten van € 969,21 die zij aan gedaagde Maxx Vastgoed B.V. had betaald in verband met de totstandkoming van een huurovereenkomst. De rechtbank Overijssel oordeelde dat het contractueel beding dat de betaling van deze bemiddelingskosten vereiste, nietig was op grond van het verbod om bij bemiddeling voor woonruimte 'twee heren te dienen', zoals vastgelegd in artikel 7:417 BW. Daarnaast werd vastgesteld dat er sprake was van verboden sleutelgeld, wat ook in strijd is met artikel 7:264 BW. De rechtbank concludeerde dat eiseres geen aanspraak had op betaling van de bemiddelingskosten, en dat de vordering tot terugbetaling van de betaalde bemiddelingskosten werd toegewezen. De wettelijke rente over het bedrag werd toegewezen vanaf 18 april 2014, en de gedaagde werd veroordeeld in de proceskosten. Het vonnis werd uitgesproken door kantonrechter W.F. Boele op 1 maart 2016.