In deze beschikking van de kinderrechter in de rechtbank Overijssel, gedateerd 3 oktober 2016, is de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming belast met de voogdij over een ongeborene. De ouders, die een affectieve relatie hebben, zijn niet in staat gebleken om een stabiele en veilige opvoedsituatie te bieden. Moeder staat onder curatele en is daardoor onbevoegd tot het uitoefenen van het ouderlijk gezag. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om de benoeming van de William Schrikker Stichting tot voogd, omdat de moeder niet bevoegd is en de vader ongeschikt wordt geacht om het gezag uit te oefenen. De kinderrechter heeft de zaak met gesloten deuren behandeld en de ouders zijn niet verschenen.
De Raad heeft geconstateerd dat er grote zorgen zijn over de opvoedvaardigheden van de ouders, vooral naar aanleiding van eerdere mishandeling en verwaarlozing van hun oudste kind. De ouders hebben de oorzaak van de zorgen steeds buiten zichzelf gelegd en hebben onvoldoende hulpverlening geaccepteerd. De kinderrechter heeft vastgesteld dat het in het belang van de ongeborene is dat er een onafhankelijke partij is die de belangen van het kind behartigt. Daarom is besloten om de voogdijmaatregel reeds voor de geboorte van de ongeborene uit te spreken, zodat er afspraken gemaakt kunnen worden rondom de geboorte en het verblijf van het kind na de geboorte.
De kinderrechter heeft de voogdijinstelling de bevoegdheden toegekend die nodig zijn om haar taken in het belang van de minderjarige te vervullen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, ongeacht eventuele rechtsmiddelen die tegen de beschikking kunnen worden aangewend.