De [verweerster] voert daartoe - samengevat - het volgende aan. [verzoekster] heeft [verweerster] nooit gesommeerd om haar weer toe te laten tot het werk en heeft ook nooit gesteld dat zij weer beschikbaar was om haar werkzaamheden te verrichten, maar heeft rauwelijks in een procedure wedertoelating tot het werk gevorderd.
Na het ontvangen van het verzoekschrift heeft [verweerster] laten weten dat zij bereid was tot de in het verzoekschrift primair gevorderde re-integratie in de functie van [verzoekster] en betaling van het salaris vanaf 23 juli 2020 tot einde dienstverband. [verzoekster] zou worden opgeroepen door de bedrijfsarts en de procedure kon worden doorgehaald.
Op 29 september 2020 heeft de gemachtigde van [verzoekster] echter laten weten dat [verzoekster] inmiddels ander werk had gevonden, dat zij zou berusten in de opzegging en dat daarmee de primaire vordering zou komen te vervallen en dat zij zou vasthouden aan haar subsidiaire vordering en dat de procedure dus niet zou worden ingetrokken.
Een dergelijke switch van primaire vordering naar subsidiaire vordering is volgens [verweerster] niet meer mogelijk nadat door de [verweerster] te kennen is gegeven dat zij tegemoet zal komen aan de primaire vordering. Ter ondersteuning van die stelling wijst [verweerster] op een uitspraak van de kantonrechter te Rotterdam van 15 augustus 2019 (ECLI:NL:RBROT:2019:6526 en JAR 2019/246). In die zaak heeft een werkgever in het verweerschrift voor de zitting het ontslag op staande voet ingetrokken, waardoor voor de werknemer niet meer de mogelijkheid bestond ter zitting de switch te maken van het primair gevorderde naar het subsidiair gevorderde. Ook in deze zaak kan [verzoekster] niet meer switchen van de vordering om de opzegging te vernietigen naar een berusting in de opzegging en het vorderen van diverse vergoedingen. Uit de e-mail van de gemachtigde van 22 september 2020 blijkt immers dat het ontslag is ingetrokken en de arbeidsovereenkomst is dus blijven bestaan.
Gezien de e-mails van [verzoekster] is de arbeidsovereenkomst door haar opzegging alsnog geëindigd per 28 september 2020. [verweerster] heeft het salaris tot 1 oktober 2020 betaald en zal op korte termijn de eindafrekening opmaken.
Met betrekking tot de bedragen die worden gevorderd, merkt [verweerster] het volgende op.
Voor alle gevorderde bedragen geldt dat bij de berekening ten onrechte is uitgegaan van het salaris voor een fulltime werkweek, terwijl [verzoekster] een 75% aanstelling heeft, zodat het salaris € 1.601,25 per maand bedraagt.
gefixeerde schadevergoeding
[verzoekster] was vanaf 24 juli 2020 ziek en heeft dus slechts recht op 70% van het loon tot
28 september 2020. [verweerster] heeft inmiddels het loon betaald tot 1 oktober 2020 en wel voor 100%, dus 30% teveel. [verweerster] heeft € 1.036,69 teveel en derhalve onverschuldigd betaald. Ook het salaris over de periode 28 tot en met 30 september 2020 is onverschuldigd betaald: dit bedrag zal worden verrekend met de nog uit te betalen vakantiedagen.
transitievergoeding
Het gevorderde bedrag is berekend op basis van het verkeerde maandloon. Het bedrag dat juist is, kan worden verrekend met het teveel betaalde salaris.
billijke vergoeding
Het gevorderde bedrag is berekend op basis van het verkeerde maandloon. Tot 1 oktober 2020 is al betaald, dus voor de berekening moet nog slechts worden uitgegaan van 1 oktober 2020 tot 1 mei 2021. Los daarvan staat de gevorderde billijke vergoeding in geen enkele verhouding tot het gestelde verwijtbare handelen van [verweerster] . Andere factoren waarmee rekening moet worden gehouden zijn dat werkgeefster [verzoekster] al snel in de gelegenheid heeft gesteld om de arbeidsovereenkomst voort te zetten, [verzoekster] zich niet als een goed werknemer heeft gedragen en [verweerster] door de Corona crisis in zwaar weer is beland. De vergoeding moet dan ook worden gematigd tot nihil of een laag bedrag.
uit te betalen verlofuren
Daarop moeten nog twee wachtdagen in mindering worden gebracht wegens ziekte (artikel 9 van de overeenkomst) en drie dagen voor 28 tot en met 30 september 2020. Dan resteren nog 105 uren voor uitbetaling, dus € 1.293,60.
vakantietoeslag
Over juni tot en met september 2020 moet nog vakantiegeld worden betaald, in totaal
€ 512,40.