ECLI:NL:RBOVE:2021:3980
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van aanvragen voor bijzondere bijstand voor een elektrische fiets en multifocale contactlenzen op grond van de Wmo 2015 en de Participatiewet
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan over de afwijzing van aanvragen voor bijzondere bijstand door eiseres, die een elektrische fiets en multifocale contactlenzen voor haar zoon wilde aanvragen. De rechtbank heeft de beroepen van eiseres ongegrond verklaard. De zaak betreft twee aanvragen: de eerste aanvraag was voor een elektrische fiets op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) en de tweede aanvraag was voor bijzondere bijstand voor de kosten van multifocale contactlenzen op grond van de Participatiewet (PW).
Eiseres had in 2019 een aanvraag ingediend voor bijzondere bijstand voor de kosten van een elektrische fiets en benzinekosten, welke door het college van burgemeester en wethouders van Hengelo werd afgewezen. De rechtbank oordeelde dat de elektrische fiets als een algemeen gebruikelijke voorziening kan worden aangemerkt, en dat de afwijzing van de aanvraag op grond van de Wmo 2015 terecht was. Eiseres had ook bezwaar gemaakt tegen de afwijzing van de aanvraag voor de kosten van multifocale contactlenzen, maar de rechtbank oordeelde dat de zorgverzekering in dit geval als een voorliggende voorziening kan worden beschouwd, waardoor er geen recht op bijzondere bijstand bestond.
De rechtbank concludeerde dat er geen zeer dringende redenen waren die een afwijking van de regels rechtvaardigden, en dat de aanvragen van eiseres terecht waren afgewezen. De uitspraak benadrukt het belang van voorliggende voorzieningen en de voorwaarden waaronder bijzondere bijstand kan worden verleend.