ECLI:NL:RBOVE:2021:4826
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Herziening en terugvordering van bijstandsuitkering in verband met ontvangen partner- en kinderalimentatie
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 23 december 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiseres en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Enschede. De eiseres ontving vanaf 8 maart 2018 een bijstandsuitkering, terwijl zij ook partner- en kinderalimentatie ontving. De gemeente heeft de bijstandsuitkering herzien en een bedrag van € 5.318,39 aan te veel betaalde bijstandsuitkering teruggevorderd. Dit bedrag werd later verlaagd naar € 4.009,09 en uiteindelijk vastgesteld op € 3.007,49 na gedeeltelijke gegrondverklaring van het bezwaar van eiseres.
Eiseres heeft tegen het besluit van de gemeente beroep ingesteld, waarbij zij aanvoerde dat het rechtszekerheidsbeginsel zich verzet tegen de herziening en terugvordering. De rechtbank heeft de zaak op 7 oktober 2021 behandeld, waarbij eiseres en haar gemachtigde aanwezig waren. De rechtbank oordeelde dat eiseres redelijkerwijs had moeten begrijpen dat zij te veel bijstandsuitkering ontving, gezien de alimentatie die zij ontving. De rechtbank concludeerde dat de gemeente terecht de bijstandsuitkering heeft herzien en het terugvorderingsbedrag heeft vastgesteld, en verklaarde het beroep ongegrond.
De rechtbank heeft ook vastgesteld dat de gemeente de te veel betaalde bijstandsuitkering conform zijn beleid netto heeft teruggevorderd en dat er geen feiten of omstandigheden waren die aanleiding gaven om van terugvordering af te zien. De uitspraak werd openbaar gemaakt op de eerstvolgende donderdag na de uitspraakdatum.