ECLI:NL:RBOVE:2021:624
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toestemming voor BBL-opleiding met behoud van PW-uitkering
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 12 februari 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een alleenstaande moeder die een uitkering ontvangt op grond van de Participatiewet (Pw), en het college van burgemeester en wethouders van Enschede. Eiseres verzocht om toestemming om met behoud van haar uitkering een opleiding in de Beroepsbegeleidende leerweg (BBL) te volgen. Verweerder heeft deze aanvraag afgewezen, met als argument dat een werkleerbedrijf verplicht is om loon te betalen voor de werkzaamheden die verricht worden. Eiseres heeft tegen deze beslissing beroep ingesteld.
Tijdens de zitting op 22 december 2020 heeft eiseres toegelicht dat zij een stage-/werkplek met baangarantie had gevonden bij een zorginstelling, die bereid was de opleidingskosten te betalen, maar geen loon tijdens de opleiding kon bieden. Eiseres stelde dat het noodzakelijk was om de opleiding te volgen om haar kansen op de arbeidsmarkt te verbeteren. De rechtbank heeft overwogen dat er voldoende procesbelang is, ondanks dat eiseres nog niet met de opleiding was begonnen, omdat zij zekerheid wilde over de gevolgen voor haar uitkering.
De rechtbank heeft geoordeeld dat de aanvraag van eiseres niet kan worden aangemerkt als een participatieplaats in de zin van de Pw, omdat het BBL-traject niet voldoet aan de voorwaarden die in de wet zijn gesteld. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres recht heeft op een beloning voor de werkzaamheden die zij zou verrichten, ook al ontvangt zij feitelijk geen loon. De rechtbank concludeert dat het beroep ongegrond is, wat betekent dat eiseres geen gelijk krijgt in haar verzoek om toestemming voor de opleiding met behoud van uitkering.