4.1.De vordering
St. Joseph vordert, na vermeerdering c.q. wijziging van eis, dat de kantonrechter, bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:
de tussen St. Joseph en [gedaagde] bestaande huurovereenkomst met betrekking tot het perceel aan [het adres] te [woonplaats] ontbindt;
[gedaagde] veroordeelt om aan St. Joseph te betalen een bedrag van € 1.970,98 wegens achterstallige huurpenningen, vermeerderd met een bedrag van € 496,41 per maand, als huurpenningen c.q. vergoeding voor voortgezet gebruik, zijnde gelijk aan de thans geldende huurprijs, of zoveel hoger als bij wettelijke huurverhoging zou zijn toegelaten, gerekend vanaf 1 januari 2021 tot en met de dag van ontruiming van voormeld perceel, een gedeelte van een maand voor een volle maand te rekenen;
[gedaagde] veroordeelt om binnen drie dagen na betekening van dit vonnis het perceel aan [het adres] te [woonplaats] te ontruimen en te verlaten en dit ter vrije beschikking van St. Joseph te stellen en te laten, zulks op kosten van [gedaagde] ;
[gedaagde] veroordeelt om tegen kwijting aan St. Joseph te betalen een bedrag van € 178,50, ter zake van buitengerechtelijke incassokosten;
[gedaagde] veroordeelt tot betaling van de wettelijke rente van 2% per jaar over € 1.970,98 vanaf de datum van de dagvaarding tot de dag van voldoening p.m.;
[gedaagde] veroordeelt in de kosten van de procedure, daaronder begrepen een bedrag aan salaris voor de gemachtigde van St. Joseph, alsmede de nakosten voor afwikkeling van het dossier na dit vonnis;
[gedaagde] veroordeelt om aan St. Joseph te betalen een bedrag van € 1.970,98 wegens de achterstallige huurpenningen, te voldoen middels een betalingsregeling voor de duur van 6 maanden (ad afgerond € 330,00 per maand), vermeerderd met een bedrag van € 494,71 per maand, zijnde de thans geldende huurprijs als huurpenningen, uiterlijk door [gedaagde] te voldoen op de eerste van elke maand;
[gedaagde] veroordeelt om tegen kwijting aan St. Joseph te betalen een bedrag van € 178,50, ter zake van buitengerechtelijke incassokosten;
[gedaagde] veroordeelt tot betaling van de wettelijke rente van 2% per jaar over € 1.970,98 vanaf de datum van de dagvaarding tot de dag van voldoening p.m.;
e tussen St. Joseph en [gedaagde] bestaande huurovereenkomst met betrekking tot het perceel aan [het adres] te [woonplaats] (voorwaardelijk) ontbindt, indien en voor zover [gedaagde] niet voldoet aan hetgeen omschreven onder a en b binnen twee jaar na de datum van dit vonnis;
[gedaagde] veroordeelt om binnen drie dagen na betekening van dit vonnis het perceel aan [het adres] te [woonplaats] te ontruimen en te verlaten en dit ter vrije beschikking van St. Joseph te stellen en te laten, zulks op kosten van [gedaagde] , indien en voor zover de voorwaarden zoals omschreven in sub d zijn ingetreden;
[gedaagde] veroordeelt in de kosten van de procedure, daaronder begrepen een bedrag aan salaris voor de gemachtigde van St. Joseph, alsmede de nakosten voor afwikkeling van het dossier na dit vonnis.