Uitspraak
RECHTBANK Overijssel
1.[partij A 1] ,
2.
[partij A 2],
1.[partij B 1] ,
2.
[partij B 2],
1.De procedure
2.Inleiding en uitkomst
3.De feiten
4.Het geschil
5.De beoordeling in conventie en reconventie
NJ1993, 178; Hoge Raad 10 oktober 2008, ECLI:NL:HR:2008:BD7601 en Hoge Raad 6 november 2009, ECLI:NL:HR:2009:BJ7836). Opgemerkt wordt nog dat in burenrechtelijke geschillen als de onderhavige niet te snel kan worden aangenomen dat de inbreuk meer is dan een gedoogde handeling, dat voor bezitsverlies respectievelijk bezitsverkrijging de enkele inbreuk op het bezit van een ander niet voldoende is en dat doorslaggevend is de intentie waarmee de inbreuk gepaard gaat.
in conventieaan de zijde van [partij A] als volgt vastgesteld:
in reconventieaan de zijde van [partij A] vastgesteld op € 762,00 (salaris advocaat, ½ × 3,00 punten × € 508,00).