ECLI:NL:RBOVE:2023:979
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Last onder dwangsom opgelegd aan eigenaar perceel wegens overtredingen van het bestemmingsplan en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, op 17 maart 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van Borne. De eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde ing. M.H. Middelkamp, had beroep ingesteld tegen een besluit van verweerder waarin een last onder dwangsom was opgelegd. Dit besluit volgde op een inspectie in november 2019, waaruit bleek dat de eiser zonder omgevingsvergunning een container en een hekwerk op zijn perceel had geplaatst, wat in strijd was met het bestemmingsplan. Het primaire besluit werd op 22 december 2020 genomen, en het bezwaar van de eiser werd ongegrond verklaard in het bestreden besluit van 17 augustus 2021.
De rechtbank heeft de zaak op 31 augustus 2022 en opnieuw op 23 februari 2023 behandeld. Tijdens de zittingen heeft de rechtbank de argumenten van beide partijen gehoord. De rechtbank oordeelde dat de last onder dwangsom terecht was opgelegd, omdat de eiser niet had aangetoond dat er een concreet zicht op legalisatie van de overtredingen bestond. De rechtbank concludeerde dat de aanwezigheid van de container, het hekwerk en andere materialen op het perceel in strijd was met de voorschriften van het bestemmingsplan. Het beroep van de eiser werd ongegrond verklaard, en de rechtbank oordeelde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die verweerder hadden moeten beletten om handhavend op te treden.
De rechtbank benadrukte dat het algemeen belang van handhaving in dit geval zwaarder woog dan de belangen van de eiser. De uitspraak werd gedaan door mr. A.T. de Kwaasteniet, in aanwezigheid van griffier mr. H. Richart. De eiser heeft de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan tegen deze uitspraak.