ECLI:NL:RBOVE:2025:4570
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen afwijzing Ziektewet-uitkering wegens gebrek aan gezagsverhouding
In deze zaak heeft de rechtbank Overijssel geoordeeld over het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag voor een Ziektewet (ZW)-uitkering door het UWV. Eiseres, die als gewaarborgde hulp voor haar moeder werkte, was van mening dat zij recht had op een ZW-uitkering, maar het UWV had vastgesteld dat er geen gezagsverhouding bestond tussen haar en haar moeder, waardoor zij niet als werknemer kon worden aangemerkt. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard, omdat eiseres niet kon aantonen dat er sprake was van een privaatrechtelijke dienstbetrekking. De rechtbank heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen, waaronder de zorgovereenkomst en de aard van de werkzaamheden die eiseres verrichtte. De rechtbank concludeert dat er geen gezagsverhouding was, wat essentieel is voor de erkenning van een dienstbetrekking onder de ZW. Eiseres heeft geen recht op een ZW-uitkering en krijgt geen vergoeding van proceskosten. De uitspraak is gedaan door mr. F. Koster, rechter, en is openbaar uitgesproken op 8 juli 2025.