Op 14 juli 2025 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Overijssel, locatie Almelo, een beschikking gegeven in de zaak van Stichting Jeugdbescherming Overijssel betreffende de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige. De kinderrechter heeft de moeder aangespoord om alles in het werk te stellen om de identiteit van de biologische vader van het kind vast te stellen. De procedure begon met een tussenbeschikking op 26 mei 2025, waarin de machtiging tot uithuisplaatsing werd verlengd tot 3 augustus 2025. Tijdens de mondelinge behandeling op 14 juli 2025 was de moeder niet aanwezig, maar haar advocaat, mr. D. Greven, was wel aanwezig. De GI heeft aangegeven dat er zorgen zijn over de opvoedcapaciteiten van de moeder, die geen eigen woning heeft en problemen ondervindt met haar financiën. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de moeder niet in staat is geweest om de omgangsafspraken na te komen en dat er geen duidelijkheid is over de biologische vader van het kind. De kinderrechter heeft besloten de machtiging tot uithuisplaatsing te verlengen tot 3 maart 2026, om de veiligheid en stabiliteit van het kind te waarborgen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing direct geldt, ook als er hoger beroep wordt ingesteld.