In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Overijssel, is er een geschil ontstaan tussen Wall Solutions B.V. en partij A over de kwaliteit van geleverd werk. Wall Solutions, de eisende partij, heeft partij A in conventie aangeklaagd voor betaling van facturen. De kantonrechter heeft in een tussenvonnis van 20 mei 2025 geoordeeld dat partij A te laat heeft geklaagd over bepaalde gebreken, waardoor hij geen recht heeft op schadevergoeding voor die punten. Echter, voor andere gebreken, zoals vlekvorming aan kozijnen, heeft de kantonrechter vastgesteld dat Wall Solutions in verzuim verkeert en dat partij A recht heeft op een vervangende schadevergoeding. De kantonrechter heeft besloten een deskundige in te schakelen om de schade te beoordelen, maar partij A heeft niet gereageerd op verzoeken om bewijs te leveren en is niet verschenen op de zitting van 2 oktober 2025. Hierdoor heeft de kantonrechter geconcludeerd dat partij A geen bewijs heeft geleverd voor zijn claims, wat heeft geleid tot de afwijzing van zijn vorderingen. Wall Solutions heeft ook buitengerechtelijke incassokosten gevorderd, maar deze zijn afgewezen omdat de kantonrechter het incassobeding in de algemene voorwaarden van Wall Solutions onredelijk bezwarend heeft geacht. Uiteindelijk is partij A veroordeeld tot betaling van de facturen aan Wall Solutions, inclusief wettelijke rente en proceskosten.