ECLI:NL:RBROT:2007:BB7641
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.J.A.M. Ahsmann
- J.W. Klein Wolterink
- L.A.C. van Nifterick
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking van de rechter in een procedure tegen een beslissing van de officier van justitie
In deze zaak heeft de rechtbank Rotterdam op 13 juni 2007 een beslissing genomen op een verzoek tot wraking van een rechter in een procedure die door verzoeker was ingesteld tegen een beslissing van de officier van justitie. Het verzoek tot wraking was niet-ontvankelijk voor zover het gericht was tegen een officier van justitie en griffiers. De rechtbank oordeelde dat er geen objectieve partijdigheid was, ondanks de verwijzingen naar eerdere procedures en beslissingen die niet meer in behandeling waren. De rechter had het beroep van verzoeker tegen de beschikking van een anonieme officier van justitie in behandeling genomen, maar dit leverde geen aanwijzing op voor subjectieve of objectieve partijdigheid. De wrakingskamer heeft kennisgenomen van het griffiedossier en de relevante processtukken, maar er was niemand verschenen ter zitting van 7 juni 2007 waar de wraking werd behandeld. De rechtbank concludeerde dat de aangevoerde omstandigheden geen zwaarwegende aanwijzingen opleverden voor het oordeel dat de rechter niet onpartijdig was. Het verzoek tot wraking van de rechter werd afgewezen, en de rechtbank verklaarde verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek voor zover dit strekte tot wraking van andere functionarissen.