ECLI:NL:RBROT:2009:BH1162
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheidsincident tussen Nederlandse verkoper en Cypriotische koper over aflevering van roerende zaken
In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, betreft het een bevoegdheidsincident tussen Robico International B.V. en Costas Hadjiandreou & Son Co Ltd. Robico, de eiseres in de hoofdzaak, vordert betaling van € 10.488,00 van CHSCL, de gedaagde, wegens onbetaalde koopprijs van een partij tomaten die in augustus 2007 is verkocht. Robico stelt dat de tomaten zijn afgeleverd in Piraeus, Griekenland, terwijl CHSCL betwist dat de aflevering daar heeft plaatsgevonden en stelt dat de tomaten op Cyprus dienden te worden afgeleverd. De rechtbank moet zich buigen over de vraag of zij bevoegd is om van de vordering kennis te nemen, gezien de internationale aspecten van de zaak en de toepasselijkheid van het Verdrag der Verenigde Naties inzake internationale koopovereenkomsten betreffende roerende zaken (WKV).
De rechtbank overweegt dat, nu er geen duidelijke afspraak is gemaakt over de plaats van aflevering, de plaats waar Robico de tomaten aan de eerste vervoerder heeft afgegeven, Barendrecht, als de plaats van aflevering geldt. Dit betekent dat de rechtbank Rotterdam bevoegd is om van de vordering kennis te nemen. De rechtbank verklaart zich dan ook bevoegd en wijst de incidentele vordering van CHSCL tot onbevoegdverklaring af. CHSCL wordt veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van Robico. De zaak wordt vervolgens verwezen naar de rolzitting voor het nemen van een conclusie van antwoord door CHSCL.