Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 21 november 2013 in de zaak tussen
[eiser], te [woonplaats 1], eiser,
de naamloze vennootschap De Nederlandsche Bank N.V. (DNB), verweerster,
Procesverloop
Overwegingen
“AANVRAAGFORMULIER VERGOEDING DEPOSITOGARANTIESTELSEL DSB BANK N.V.
e-mailadres is dan wel niet door eiser wordt gebruikt. Vervolgens blijkt verderop uit het aanvraagformulier dat eiser heeft gekozen via de elektronische weg met DNB te corresponderen en vervolgens zijn juiste e-mailadres ‘[e-mailadres 2]’ heeft ingevuld. Gelet daarop is de overweging van DNB in het bestreden besluit op pagina 4, onder
ii)dat dat er niet aan af doet, niet zorgvuldig. Bovendien is het moeilijk te volgen dat DNB het juiste e-mailadres ‘[e-mailadres 2]’ destijds alleen heeft gebruikt ten behoeve van de digitaal gevoerde procedure die zag op de aanvraag uit 2010 en dat DNB na de uitspraak van het CBb bij het digitaal toezenden van een login-code aan eiser gebruik is gemaakt van het e-mailadres ‘[e-mailadres 1]’. DNB heeft daarvoor ter zitting de verklaring gegeven dat zij voor het individueel benaderen van de deposanten in 2012 gebruik heeft gemaakt van uit de administratie van DSB, na de uitspraak van het CBb geüpdatete, adresgegevens. Echter, ter zitting heeft eiser aan hem gerichte correspondentie van DSB laten zien met daarop zijn juiste adresgegevens. Onduidelijk is dan ook gebleven waarom DNB gebruik heeft gemaakt van onjuiste adresgegevens van eiser. Daartegenover staat dat eiser, zoals DNB terecht stelt en door eiser niet is weersproken, de destijds in 2010 op het aanvraagformulier in het zwarte kader vermelde adresgegevens, die volgens eiser onjuist zijn, niet heeft gecorrigeerd toen hij de aanvraag indiende, terwijl hij daartoe wel de mogelijkheid had.
Daartoe wordt mede van belang geacht dat eiser in de toelichting bij het besluit van 4 februari 2010 heeft kunnen lezen dat de rechter nog over de vergoeding van achtergestelde deposito’s zou oordelen, zodat - zoals DNB terecht opmerkt - van eiser mocht worden verwacht dat hij zich actief informeerde over het verloop van de procedure. Dat eiser in de periode 2011-2012 in[woonplaats 2] woonachtig was, maakt dit niet anders.
Dat de individuele berichtgeving, die DNB als extra service heeft doen uitgaan, eiser ook niet heeft bereikt door voornoemde onregelmatigheden, doet er ook niet aan af.
Beslissing
mr. B.M. van der Kuil, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op
21 november 2013.