Uitspraak
1.Het verloop van de procedure
- het exploot van dagvaarding van 2 april 2013 met producties;
- het schrijven zijdens [gedaagde] ten behoeve van de rolzitting van 16 april 2013, als zijnde de conclusie van antwoord;
- het tussenvonnis van 16 april 2013, waarin door de kantonrechter een comparitie van partijen is gelast;
- de akte zijdens [eiser] houdende eiswijziging, met producties;
- de door [eiser] nagezonden productie ten behoeve van de comparitie van partijen, en
- het proces-verbaal van de comparitie van partijen die is gehouden op 11 juli 2013.
2.De vaststaande feiten
3.De vordering
4.Het verweer
5.De beoordeling
‘dat de eindafrekening van de oude BV die nog open stond wel goed zou komen.’[A] en [B] betwisten een dergelijke toezegging aan [eiser] te hebben gedaan. [eiser] heeft zijn stelling hierop niet nader onderbouwd of een voldoende gespecificeerd bewijsaanbod op dit punt gedaan, hoewel dat wel op zijn weg had gelegen. Dit deel van de vordering van [eiser] wordt daarom afgewezen.
‘Dhr. [A] heeft door overlegging van een arbeidscontract van bepaalde tijd dhr. [eiser] de mogelijkheid geboden een nieuw dienstverband aan te gaan.’