ECLI:NL:RBROT:2015:6080
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Bindendverklaring toezeggingen Buma/Stemra door ACM en afwijzing klacht muziekauteur
In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 27 augustus 2015, met zaaknummers ROT 14/4716 en ROT 14/7874, heeft de rechtbank geoordeeld over de bindendverklaring van toezeggingen door de Autoriteit Consument en Markt (ACM) aan Buma/Stemra. De zaak betreft een klacht van een muziekauteur die handhavend optreden door ACM verzocht tegen Buma/Stemra wegens mogelijke overtredingen van de Mededingingswet (Mw) en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VwEU). De rechtbank heeft vastgesteld dat ACM de toezeggingen van Buma/Stemra bindend heeft verklaard, waarmee de klachten van de eiser grotendeels zijn opgelost. De rechtbank oordeelt dat de toezeggingen voldoende waarborgen bieden voor de naleving en dat de klacht van de eiser ongegrond is. De rechtbank heeft de beroepsgronden van de eiser, die onder andere betrekking hadden op de effectiviteit van de toezeggingen en de prioritering van de klachten door ACM, verworpen. De rechtbank concludeert dat ACM op goede gronden heeft besloten geen nader onderzoek te doen naar de overige klachtonderdelen, omdat er onvoldoende aanwijzingen waren voor overtredingen van de Mw. De uitspraak benadrukt de rol van collectieve beheersorganisaties en de noodzaak van transparantie en flexibiliteit in het beheer van auteursrechten.