Op 4 september 2015 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van ontucht met een minderjarige, gepleegd op 12 mei 2014 te Schiedam. De verdachte werd door de rechtbank veroordeeld tot een gevangenisstraf van negen maanden, waarvan drie maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. De rechtbank verwierp het beroep van de verdachte op afwezigheid van alle schuld, omdat hij onvoldoende onderzoek had gedaan naar de leeftijd van het slachtoffer. De rechtbank oordeelde dat de verdachte, als volwassen man, verantwoordelijk was voor zijn handelen en dat hij misbruik had gemaakt van de kwetsbare positie van het meisje. De rechtbank achtte het bewezen dat de verdachte seksuele handelingen had verricht met een zestienjarig meisje dat zich beschikbaar had gesteld voor betaling. De rechtbank legde ook een schadevergoeding op van € 700,- aan de benadeelde partij, die als gevolg van het bewezen verklaarde feit immateriële schade had geleden. De rechtbank benadrukte de ernst van het feit en de gevolgen voor het slachtoffer, en oordeelde dat de opgelegde straf passend was.