ECLI:NL:RBROT:2016:6237
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuurlijke boete opgelegd aan veehouder wegens overtreding van de Wet dieren met betrekking tot VKI-melding
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 12 augustus 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen een veehouder (eiseres) en de staatssecretaris van Economische Zaken (verweerder) over een opgelegde bestuurlijke boete van € 2.500,00. De boete was opgelegd omdat de veehouder een rund ter slacht had aangeboden zonder de juiste veterinaire informatie te verstrekken op het voedselketeninformatie (VKI)-formulier. Dit formulier is essentieel voor de controle op de gezondheid van dieren die voor menselijke consumptie bestemd zijn. De rechtbank heeft vastgesteld dat de veehouder niet alle inlichtingen over de behandelingen met diergeneesmiddelen had verstrekt, terwijl het rund zich nog in de wettelijke wachttermijn bevond voor de toegediende geneesmiddelen. De rechtbank oordeelde dat de veehouder verantwoordelijk is voor de juistheid van de VKI-melding, ook als deze door een ander wordt gedaan. De rechtbank heeft het beroep van de veehouder ongegrond verklaard, waarbij zij de opgelegde boete als terecht heeft beoordeeld. De rechtbank concludeerde dat de veehouder niet aan zijn informatieplicht had voldaan, wat in strijd is met de Wet dieren en de bijbehorende EU-regelgeving. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien om de boete te matigen, ondanks de stelling van de veehouder dat deze disproportioneel was. De uitspraak benadrukt het belang van correcte informatieverstrekking in de voedselketen en de verantwoordelijkheden van veehouders.