ECLI:NL:RBROT:2016:7121

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
15 september 2016
Publicatiedatum
15 september 2016
Zaaknummer
3259354 CV EXPL 14-34419
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van een koopprijs en abonnementskosten in het kader van een telefoonabonnement met toestel

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 15 september 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen Direct Pay Services B.V. en een gedaagde die niet op de dagvaarding heeft gereageerd. Eiseres, Direct Pay Services B.V., heeft gevorderd dat de gedaagde wordt veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 1.554,97, inclusief rente en kosten. De gedaagde had een overeenkomst voor mobiele telefonie afgesloten met de rechtsvoorganger van eiseres, T-Mobile Netherlands B.V., waarbij een Samsung Galaxy S III 4G BL 3FF aan de gedaagde ter beschikking was gesteld. De koopprijs van het toestel was expliciet vastgesteld op € 396,00, en de gedaagde was verplicht om maandelijks € 46,74 te betalen, waarvan € 16,50 voor het toestel. Gedaagde is echter in gebreke gebleven met de betalingen, wat heeft geleid tot de buitengerechtelijke ontbinding van de overeenkomst door T-Mobile.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de overeenkomst rechtsgeldig was, omdat de koopprijs van het toestel duidelijk was vermeld. De rechter oordeelde dat gedaagde niet had weersproken dat zij nooit het bedrag van € 16,50 voor de telefoon had betaald. Daarom werd het door eiseres gevorderde bedrag van € 334,16 voor de aankoop van het mobiele toestel toegewezen. Daarnaast werd een bedrag van € 229,02 voor de facturen over een bepaalde periode toegewezen, evenals een schadevergoeding van € 420,14 voor de resterende abonnementstermijnen, wat resulteerde in een totaalbedrag van € 983,32. De kantonrechter heeft ook de buitengerechtelijke incassokosten toegewezen tot een bedrag van € 147,50.

In de beslissing werd gedaagde veroordeeld om aan eiseres een totaalbedrag van € 1.130,82 te betalen, vermeerderd met wettelijke rente, en werd gedaagde in de proceskosten verwezen. Dit vonnis is uitgesproken door mr. W.J.J. Wetzels en is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummer: 3259354 CV EXPL 14-34419
uitspraak: 16 september 2016
vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Direct Pay Services B.V.,
gevestigd te Barendrecht,
eiseres bij exploot van dagvaarding van 5 juni 2014,
gemachtigde: Webcasso B.V. te Barendrecht,
tegen
[gedaagde]
woonplaats: [plaatsnaam],
gedaagde,
die niet heeft gereageerd.

1.Het verloop van de procedure

Eiseres heeft gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, gedaagde te veroordelen aan haar te betalen € 1.554,97 met rente en kosten zoals in de dagvaarding omschreven.
Tegen gedaagde is verstek verleend.
Bij rolbeslissingen van 8 augustus 2014 en 2 maart 2016 is eiseres in de gelegenheid de daarin verzochte gegevens te verstrekken.
Ter uitvoering van die rolbeslissingen heeft eiseres ter rolle van 11 mei 2016 een akte genomen, waarbij zij producties heeft overgelegd en tevens haar vordering heeft verminderd.
De uitspraak van het vonnis is door de kantonrechter nader bepaald op heden.

2.De beoordeling van de vordering

2.1.
Vaststaat dat gedaagde op 4 november 2013 met de rechtsvoorganger van eiseres,
T-Mobile Netherlands B.V. (hierna: “T-Mobile”) een overeenkomst voor mobiele telefonie heeft afgesloten en dat aan gedaagde bij die gelegenheid een Samsung Galaxy S III 4G BL 3FF ter beschikking is gesteld. In de door partijen gesloten schriftelijke overeenkomst is uitdrukkelijk de koopprijs van de mobiele telefoon van € 396,00 genoemd.
Tevens staat vast dat gedaagde zich tegenover eiseres verplicht heeft tot betaling van een maandelijks bedrag van € 46,74, te weten € 30,24 voor de levering van telecommunicatiediensten en € 16.50 voor het toestel. De looptijd van de overeenkomst bedraagt 24 maanden. Gedaagde is van begin af aan in gebreke gebleven met de betaling van het maandelijkse bedrage en zij heeft geen enkele termijn betaald. In verband met de betalingsachterstand heeft T-Mobile de overeenkomst op 26 februari 2014 buitengerechtelijk ontbonden.
2.2.
Bij de hiervoor genoemde rolbeslissingen is eiseres onder meer in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over de consequenties van de arresten van de Hoge Raad van 13 juni 2014 (ECLI:NL:HR:2014:1385) en 12 februari 2016 (ECLI:NL:HR:2016:236) voor haar vordering.
In bedoelde arresten heeft de Hoge Raad - kort gezegd - beslist dat een overeenkomst als de onderhavige, die ook wel wordt aangeduid als een ‘telefoonabonnement met toestel’, dient te worden aangemerkt als koop op afbetaling zoals bedoeld in artikel 7A:1576 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) alsmede dat ter bescherming van het belang van de koper, duidelijk moet zijn wat de koopprijs van de door hem gekochte zaak is, en daarmee wat de omvang is van de door hem verschuldigde termijnen, voor zover die daarop betrekking hebben. Die prijs moet in de overeenkomst afzonderlijk zijn bepaald.
2.3.
Aan die eis is in dit geval voldaan, gezien de hiervoor bedoelde prijsaanduiding, zodat de kantonrechter oordeelt dat de overeenkomst rechtsgeldig is. Voorts is niet gebleken dat gedaagde voor de betalingen die worden toegerekend aan de mobiele telefoon rente en/of eventuele andere kosten verschuldigd is, zodat sprake is van een zogenoemd zacht krediet. De wettelijke bepalingen over consumentenkrediet overeenkomsten missen derhalve toepassing
2.4.
Gedaagde, die niet in het geding verschenen is, heeft niet weersproken dat zij nooit het bedrag van € 16,50 voor de telefoon betaald heeft. Het door eiseres gevorderde bedrag van
€ 334, 16 ter zake van de aankoop van het mobiele toestel is derhalve toewijsbaar.
2.5.
Tevens is toewijsbaar een bedrag van € 229,02 ter zake van de facturen over de periode van 14 november 2013 tot en met 17 februari 2014, te weten € 88,80 + € 46,74 + € 46,74 + € 46,74.
2.6.
Eiseres heeft de gevorderde schadevergoeding bestaande uit de resterende abonnementstermijnen conform het rapport Ambtshalve Toetsing II beperkt tot 50%, exclusief BTW. Ook dat bedrag van € 420,14 acht de kantonrechter toewijsbaar.
2.7.
Op grond van vorenstaande overwegingen is derhalve toewijsbaar het bedrag van
€ 983,32, te weten € 334,16 + € 229,02 + € 420,14, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf de dag der dagvaarding tot de dag der algehele voldoening. Voor toewijzing van de afzonderlijk gevorderde verschenen rente ten bedrage van € 8,46 bestaat geen grond, aangezien die rente is berekend over een te hoog bedrag, te weten het bedrag van € 1.344,79 dat in de inleidende dagvaarding als hoofdsom is gevorderd.
2.8.
Ten aanzien van de gevorderde buitengerechtelijke kosten stelt de kantonrechter vast dat het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten (hierna: het Besluit) van toepassing is, nu het verzuim van gedaagde na 30 juni 2012 is ingetreden.
De vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten waarop ingevolge het Besluit aanspraak kan worden gemaakt zal worden berekend aan de hand van de toewijsbare hoofdsom ten bedrage van € 983,32. De gevorderde vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten zal worden toegewezen tot een bedrag van € 147,50
2.9.
Als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij dient gedaagde te worden verwezen in de kosten van het geding.

3.De beslissing

De kantonrechter:
veroordeelt gedaagde om aan eiseres tegen kwijting te betalen € 1.130,82 ter zake van hoofdsom inclusief buitengerechtelijke kosten, vermeerderd met de wettelijke rente in de zin van artikel 6:119 BW over € 983,32 vanaf de dag der dagvaarding tot de dag der algehele voldoening;
veroordeelt gedaagde in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van eiseres vastgesteld op € 541,15 aan verschotten en € 100,00 aan salaris voor de gemachtigde;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad en wijst af het méér of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.J.J. Wetzels en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
710