Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[gedaagde sub 1] ,
[gedaagde sub 3],
[gedaagde sub 4],
1.De procedure
- de dagvaarding van 2 februari 2016, met producties;
- de conclusie van antwoord;
- het tussenvonnis (de brief) van 11 mei 2016, waarin een comparitie van partijen is bepaald;
- de brief van de zijde van Connexxion van 1 september 2016, waarbij producties in het geding zijn gebracht;
- het proces-verbaal van de comparitie van partijen, gehouden op 21 september 2016;
- de ter zitting door mr. Ruardij (Connexxion) overgelegde aantekeningen;
- de ter zitting door mr. Visscher ( [gedaagden] ) overgelegde aantekeningen;
- het faxbericht van mr. Ruardij van 5 oktober 2016, waarin hij opmerkingen heeft gemaakt over het proces-verbaal;
- het faxbericht van mr. Visscher van 4 oktober 2016, waarin hij opmerkingen heeft gemaakt over het proces-verbaal;
- het faxbericht van mr. Ruardij van 11 oktober 2016, waarin hij heeft gereageerd op het faxbericht van mr. Visscher van 4 oktober 2016;
- het faxbericht van mr. Visscher van 11 oktober 2016, waarin hij heeft gereageerd op het faxbericht van mr. Ruardij van 5 oktober 2016.
2.De feiten
2.De scope van de dienstverlening en levering omvat:
Het leveren van getrainde en opgeleide informatie- en promotiemedewerkers ten behoeve van het uitfaseren van de strippenkaart in de bus (…).
8.Eigendom Opdrachtgever
3.Het geschil
primair€ 287.303,45 inclusief BTW, alsmede € 7.197,00 en € 894,00 en
subsidiaireen in goede justitie te bepalen bedrag,
4.De beoordeling
4.000,00(2,0 punten × tarief € 2.000,00)