Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
uitspraak van de meervoudige kamer van 25 april 2017 in de zaak tussen
[…] , te Rotterdam, eiseres,
Procesverloop
30 december 2016 en 4 januari 2017 reacties en stukken overgelegd.
Overwegingen
is op 9 maart 2015 overleden.
De rechtbank beziet hieronder of de rechtsgevolgen van het bestreden besluit, gelet op hetgeen onder meer ter zitting naar voren is gebracht, met toepassing van artikel 8:72, derde lid, in stand kunnen blijven.
Als de rechtbank hier al vanuit zou gaan dan zou dit maximaal 3 extra gewerkte weken (als van een gunstige spreiding wordt uitgaan, aangezien in die maand in totaal 3 dagen zijn gewerkt) opleveren en komen de gewerkte weken op 20 weken. Zoals verweerder ter zitting heeft uitgelegd is in die drie weken 3 uur gewerkt zodat, bij een maximale spreiding, gedurende 3 weken verzekerde arbeid zou zijn verricht, waardoor het aantal gewerkte weken uitkomt op 20. Hiermee voldoet eiseres nog steeds niet aan de gestelde wekeneis van 26 weken uit 36 weken.
Ter zitting heeft [a] van Thuiszorg Parels verklaard dat zij dagelijks controle heeft uitgeoefend. Zij kwam dagelijks kijkenof de persoonlijke verzorging van [moeder] op juiste wijze werd verricht. De rechtbank is niet gebleken van activiteiten door Thuiszorg Parels die meer behelsden dan de patiëntenzorg, verpleging en persoonlijke verzorging en het toezicht op de gezondheidstoestand van de patiënt die de wijkverpleging geacht wordt te bieden. Met name is niet gebleken dat Thuiszorg Parels namens [moeder] toezicht hield op het werk van eiseres en dat aan het niet goed verrichten van de zorg door eiseres sancties voor haar waren verbonden.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- bepaalt dat de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand blijven;
- bepaalt dat verweerder aan eiseres het betaalde griffierecht van € 45,- vergoedt;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 1.980,-.