4.6Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat [naam verdachte 1] het onder 1, 2, 3 en 4 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
Hij in de periode van 6 september 2004
tot en met 10 april 2012 te Rijnsburg en Hazerswoude-Dorp en Rotterdam
en Laren en Blaricum, (telkens) anders dan als ambtenaar, te weten als Treasury en Control manager werkzaam zijnde in dienstbetrekking bij Stichting Vestia Groep, naar aanleiding van hetgeen hij, verdachte, in zijn dienstbetrekking heeft gedaan of nagelaten dan
wel zal doen of nalaten gift(en), te weten de betaling van geldbedrag(en) tot een totaalbedrag van Euro 10.419.866, - van [naam verdachte 2] heeft aangenomen en dit aannemen in strijd met de goede trouw (telkens) heeft verzwegen tegenover zijn werkgever.
Hij in de periode 30 september 2008
tot en met 25 maart 2011 te Rotterdam, in elk geval in Nederland, met het oogmerk om zich
wederrechtelijk te bevoordelen, telkens door listige kunstgrepen, Stichting Vestia Groep heeft bewogen
I
tot het aangaan van een schuld, te weten het aangaan van een derivaatcontract / swapcontract met Fortis Bank d.d. 2 oktober 2008 (trade date) met een nominale waarde van Euro 50.000.000,- met kenmerk [naam kenmerk 1] (zie: D-614) en
II
tot het aangaan van een schuld, te weten het aangaan van een derivaatcontract / swapcontract met Deutsche Bank d.d. 30 september 2008 (trade date) met een nominale waarde van Euro 50.000.000,- met kenmerk [naam kenmerk 2] (zie: D-609) en
III
tot het aangaan van een schuld, te weten het aangaan van een derivaatcontract / swapcontract met Deutsche Bank d.d. 2 oktober 2008 (trade date) met een nominale waarde van Euro 50.000.000,- met kenmerk [naam kenmerk 3] (zie: D-611) en
IV
tot het aangaan van een schuld, te weten het aangaan van een derivaatcontract / swapcontract met Deutsche Bank d.d. 3 oktober 2008 (trade date) met een nominale waarde van Euro 50.000.000,- met kenmerk [naam kenmerk 4] (zie: D-613) en
V
tot het aangaan van een schuld, te weten het aangaan van twee (2)derivaatcontract(en) / swapcontract(en) met Citi Bank d.d. 6 januari 2009 (trade date) met een nominale waarde van (telkens) Euro 25.000.000,- met kenmerk [naam kenmerk 5] (zie: D-341) en
VI
tot het aangaan van een schuld, te weten het aangaan van vijf (5)derivaatcontract(en) / swapcontract(en) met BNP Paribas d.d. 13 januari 2010 (trade date) met een nominale waarde van (telkens) Euro 50.000.000,- met kenmerk [naam kenmerk 6] en [naam kenmerk 7] en [naam kenmerk 8] en [naam kenmerk 9] en [naam kenmerk 10] (zie: D-300 en
D-301 en D-302 en D-303 en D-304) en
VII
hebbende verdachte (telkens) met vorenomschreven
oogmerk - zakelijk weergegeven - listiglijk en bedrieglijk opzettelijk
aan de Raad van Commissarissen van Stichting Vestia Groep en/of de Raad van
Bestuur van Stichting Vestia Groep en/of aan de heer [naam algemeen directeur Vestia] en/of de
heer [naam directeur financiën] , (al dan niet binnen de treasury-commissie) van de
Stichting Vestia Groep verzwegen dat hij, verdachte, financieel belang heeft,
dan wel zal hebben bij het aangaan van de derivaatcontracten / swapcontracten
(te weten het ontvangen van een deel van de fee van [naam verdachte 2] / [naam bedrijf 1]
(handelend onder de naam [naam bedrijf 2] ), welke fee door een bank werd
betaald aan [naam verdachte 2] / [naam bedrijf 1] indien er een derivaatcontract /
swapcontract tot stand was gekomen tussen die bank en Stichting Vestia Groep,
en
(pre-)confirmation) e-mailberichten, waarin een gedeelte van de
oorspronkelijke tekst (te weten de zinsnede waarin stond geschreven dat er
"een fee is/was/zal worden betaald aan [naam bedrijf 1]
en/of [naam bedrijf 2] en/of [naam bedrijf 2] ", althans woorden van die aard en/of strekking)
is/was verwijderd/weggehaald, verstuurd aan/naar [naam backoffice-medewerkster] (medewerkster
Treasury administratie van Stichting Vestia Groep) (zie o.a. D-296 en D-299 in
combinatie met D-300 en/of D-301 en/of D-302 en/of D-303 en/of D-304),
waardoor Stichting Vestia Groep (telkens) werd bewogen tot het hierboven
omschreven aangaan van een schuld;
Hij in de periode van 6 januari 2009 tot en met 30 september 2011 te Rotterdam, zeven (7), (pre-)confirmation) e-mailberichten van een vertegenwoordiger/medewerker van BNP Paribas (in de persoon van [naam vertegenwoordiger/medewerker BNP Paribas] ) (te weten D-292 en D-299 en D-308 en D-313
en D-319 en D-327 en D-333)
acht (8), (pre-)confirmation) e-mailberichten van een vertegenwoordiger/medewerker van Citi Bank (in de persoon van [naam vertegenwoordiger/medewerker Citi Bank] ) (te weten: D-340 en D-345 en D-350 en D-354
en D-362 enD-368 en D-375 en D-380)
zijnde (telkens) (een) geschrift dat bestemd was om tot bewijs
van enig feit te dienen heeft vervalst ,immers heeft hij, verdachte, valselijk (telkens) in die (pre-)confirmation) e-mailberichten een gedeelte van de oorspronkelijke tekst (te weten de zinsnede waarin stond geschreven dat er "een fee is/was/zal worden betaald aan [naam bedrijf 1] en/of [naam bedrijf 2] en/of [naam bedrijf 2] ", althans woorden van die
aard en/of strekking, verwijderd/weggehaald en in een aantal van die
(pre-)confirmation) e-mailberichten het (zakelijke) e-mailadres
van [naam verdachte 2] en/of [naam medeverdachte] en/of [naam bedrijf 2] (
datwas opgenomen in
de CC-aanhef/regel) verwijderd/weggehaald
zulks (telkens) met het oogmerk om dat geschrift als echt en
onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken.
Hij in de periode van 6 september 2004 tot en met 10 april 2012 te Hazerswoude-Dorp, in elk geval in Nederland, een voorwerp, te weten geldbedrag(en) tot een totaal bedrag van –Euro 10.419.866,-,
voorhanden heeft gehad en heeft verworven en heeft omgezet en heeft overgedragen en van die geldbedrag(en) gebruik heeft gemaakt
door die geldbedrag(en) te ontvangen op een ABN AMRO inzake rekening [bankrekeningnummer] onder vermelding van
" [naam bankrekening] ",
en (vervolgens)
door met een (gedeelte van) die geldbedrag(en) (te weten:
Euro 7.457.171,83) de verbouwing en de inrichting van zijn, verdachtes, woning met daarbij behorende tuin en de aankoop/afschaf van (exclusieve) wijnen en wijnbenodigheden en kleding en geluids- en/of beeldapparatuur en de afbetaling van zijn,
verdachtes, hypotheek te financieren (zie: l-AH-015), terwijl hij, verdachte, wist dat die
geldbedrag(en) geheel of gedeeltelijk -onmiddellijk of middellijk- afkomstig waren uit enig misdrijf, terwijl hij, verdachte, daarvan een gewoonte
heeft gemaakt.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. [naam verdachte 1] moet daarvan worden vrijgesproken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd. [naam verdachte 1] is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.