ECLI:NL:RBROT:2019:3512

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
2 mei 2019
Publicatiedatum
2 mei 2019
Zaaknummer
7673969 VV EXPL 19-171
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Huurder verplicht tot tijdelijke ontruiming voor dringende renovatiewerkzaamheden door verhuurder

In deze zaak heeft de kantonrechter te Rotterdam op 2 mei 2019 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de stichting Havensteder en een huurder. Havensteder, de verhuurder, heeft de huurder verzocht om tijdelijk de woning te ontruimen voor dringende werkzaamheden en renovaties. De huurder, die sinds 19 april 2008 de woning huurt, had aanvankelijk aangegeven niet akkoord te gaan met de geplande werkzaamheden. Echter, voorafgaand aan de mondelinge behandeling op 18 april 2019 heeft de huurder alsnog haar medewerking aangeboden, mits de proceskostenveroordeling werd ingetrokken. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Havensteder een spoedeisend belang heeft bij de uitvoering van de werkzaamheden, die op 19 september 2019 moeten beginnen. De werkzaamheden zijn noodzakelijk voor het onderhoud en de verbetering van de energiezuinigheid van de woning. De kantonrechter heeft de huurder veroordeeld om de woning tijdelijk en gedeeltelijk te ontruimen, zodat de werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en de huurder moet de sleutels ter beschikking stellen aan Havensteder. De uitspraak benadrukt de verplichtingen van huurders om medewerking te verlenen aan noodzakelijke werkzaamheden, zoals vastgelegd in het Burgerlijk Wetboek.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummer: 7673969 VV EXPL 19-171
uitspraak: 2 mei 2019
vonnis in kort geding ex artikel 254 lid 5 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,
in de zaak van
de stichting
STICHTING HAVENSTEDER,
gevestigd te Rotterdam,
eiseres,
gemachtigde: mr. S.A. den Engelsen, advocaat te Rotterdam,
tegen
[gedaagde],
wonende te Rotterdam,
gedaagde,
procederend in persoon.
Partijen worden hierna aangeduid als “Havensteder” respectievelijk “ [gedaagde] ”.

1.Het verloop van de procedure

1.1
De kantonrechter heeft kennis genomen van de volgende processtukken:
  • de dagvaarding d.d. 10 april 2019, met producties 1 t/m 7;
  • de door Havensteder overgelegde aanvullende producties 8 en 9.
1.2
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 18 april 2019, gelijktijdig met een zevental soortgelijke zaken tussen Havensteder en andere huurders wonende aan [straatnaam 1] te Rotterdam. Ter mondelinge behandeling zijn namens Havensteder verschenen de heren [naam 1] (teamleider), [naam 2] (sociaal begeleider) en [naam 3] (projectleider), bijgestaan door de heren mr. S.A. den Engelsen en mr. P.J. Remmelts als gemachtigden. [gedaagde] is in persoon verschenen. Ter mondelinge behandeling heeft Havensteder haar eis gewijzigd en heeft zij voorts nog een e-mail d.d. 17 april 2019 overgelegd. Partijen hebben ieder het eigen standpunt (nader) toegelicht. Van het verhandelde ter zitting is aantekening gehouden door de griffier.
1.3
De kantonrechter heeft de uitspraak van dit vonnis bepaald op heden.

2.De vaststaande feiten

In het kader van de onderhavige procedure kan van de volgende vaststaande feiten worden uitgegaan.
2.1
Havensteder is eigenaresse van in Rotterdam-Zuid (Vreewijk) gelegen woningen aan [straatnaam 1] , alsmede woningen in de omliggende straten en buurten.
2.2
Havensteder laat verspreid over meerdere jaren diverse werkzaamheden uitvoeren aan 1.400 van haar woningen gelegen te Vreewijk. De werkzaamheden zijn inmiddels bij 600 van de 1.400 woningen afgerond.
2.3
[gedaagde] huurt sedert 19 april 2008 van (de rechtsvoorgangster van) Havensteder de woning staande en gelegen aan [adres] te Rotterdam.
2.4
[gedaagde] heeft bij verklaring d.d. 19 december 2018 aangegeven niet akkoord te gaan met het verbetervoorstel voor de door haar gehuurde woning.

3.De vordering

3.1
Havensteder heeft na eiswijziging gevorderd bij vonnis in kort geding, zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. [gedaagde] te veroordelen om gelegenheid te geven voor de uitvoering van de werkzaamheden zoals genoemd onder randnummer 6 van de dagvaarding, in/aan het gehuurde aan [adres] te Rotterdam en de voorbereidende werkzaamheden daartoe, door Havensteder en/of door haar ingeschakelde derde(n) en in dit kader [gedaagde] te veroordelen om het gehuurde aan [adres] te Rotterdam tijdelijk en gedeeltelijk te ontruimen en te verlaten met alle zich daarin en/of daarop bevindende personen en/of zaken, voor zover deze laatste niet het eigendom van Havensteder zijn, en onder afgifte van alle sleutels ter vrije en algehele beschikking van Havensteder te stellen gedurende:
 één dag die valt voor 27 juni 2019 en die tenminste drie dagen van te voren schriftelijk zal worden aangekondigd voor het inmeten van de draaiende delen en inspectie in de woning (koude opname);
 de dag van 3 juli 2019 voor de inventarisatie van asbest in de woning;
 de dagen van 19 september 2019 tot 13 november 2019 voor de onder randnummer 6 genoemde werkzaamheden.
3.2
Aan de vordering heeft Havensteder - zakelijk weergegeven en voor zover thans van belang - het volgende ten grondslag gelegd.
3.3
De door Havensteder geplande werkzaamheden aan de door [gedaagde] gehuurde woning zullen starten op 19 september 2019 en bestaan uit zowel dringende werkzaamheden als renovatiewerkzaamheden. In de brochure “Verbetervoorstel [straatnaam 1] / [straatnaam 2] (even)”, waarvan ook een exemplaar aan [gedaagde] is verstrekt, staan de werkzaamheden opgesomd. Deze werkzaamheden staan tevens onder randnummer 6 van de dagvaarding vermeld.
3.4
Op grond van artikel 7:220 lid 1 BW moet [gedaagde] haar medewerking verlenen aan de dringende werkzaamheden, waaronder onderhoudswerkzaamheden moeten worden verstaan. Uit artikel 7:220 lid 2 BW volgt daarnaast dat [gedaagde] ook verplicht is haar medewerking te verlenen aan de renovatiewerkzaamheden als haar een redelijk voorstel is gedaan. De renovatiewerkzaamheden hebben als doel de woning energiezuiniger te maken.
De dringende werkzaamheden die Havensteder wil laten uitvoeren zijn het:
  • vervangen van de houten ondervloer op de begane grond door een vloer die bestaat uit een laag argexkorrels met daarop een wapeningsnet en daarover een zandcement dekvloer;
  • aanbrengen maatregelen om optrekkend vocht te voorkomen;
  • herstellen of vervangen van ramen en deuren in de gevelkozijnen en dakkapellen;
  • herstellen van de gevelkozijnen;
  • schilderen van gevelkozijnen en draaiende delen (binnenzijde in de grondverf);
  • aanbrengen van nieuw hang- en sluitwerk op de nieuwe buitenramen en buitendeuren. Al het nieuwe hang- en sluitwerk voldoet aan de eisen van het Politie Keurmerk Veilig Wonen;
  • vervangen van het dakvenster;
  • herstellen of indien nodig vervangen van de losse berging;
  • vervangen van dakpannen;
  • vervangen van de houten planken aan de zijkant en voorkant van de dakkapellen;
  • nieuwe kleuren aan de buitenkant van onder andere de gevelkozijnen en de voordeur;
  • nieuwe voordeur in een authentiekere uitstraling;
  • vervangen van het glas, de ramen en het ventilatierooster. Waar nodig wijzigt ook de kozijnindeling;
  • vervangen van de bestaande dakgoten;
  • controleren van lekkages op de daken en herstellen;
  • herstellen van kapotte bakstenen;
  • herstellen van het voegwerk;
  • controleren en als nodig herstellen van elektrische- , water- en gasinstallaties;
  • nalopen van de groepenkast en indien technisch noodzakelijk wordt deze uitgebreid of vervangen;
  • vervangen van zachtboard en systeemplafonds door een gipsplafond op de begane grond;
De renovatiewerkzaamheden zijn:
  • aanbrengen van dubbel glas (HR++);
  • isoleren van de spouw van de buitenmuren (indien mogelijk);
  • isoleren van het dak en de dakkapel (van buitenaf);
  • vervangen/aanbrengen van de mechanische ventilatie;
  • vervangen van de centrale verwarmingsketel door een HR-ketel;
  • aanbrengen van een meerpuntssluiting bij de voordeur;
  • aanbrengen van een douchewarmtewisselaar.
3.5
[gedaagde] heeft (aanvankelijk) aangegeven niet akkoord te gaan met de geplande werkzaamheden aan de door haar gehuurde woning. Havensteder heeft zich dan ook genoodzaakt gezien om [gedaagde] te dagvaarden en de kantonrechter te verzoeken om [gedaagde] te veroordelen haar medewerking aan de onder 3.4 vermeld staande werkzaamheden te verlenen.
3.6
Havensteder heeft een spoedeisend belang bij de onderhavige procedure nu zij op 19 september 2019 start met de uitvoering van de werkzaamheden in het gehuurde en zij minimaal zes weken voor die datum moet weten of [gedaagde] meewerkt aan de werkzaamheden. Naast de omstandigheid dat het (deels) dringende werkzaamheden betreft, wil Havensteder voorkomen dat zij schade zal lijden. Uitstel van de werkzaamheden leidt daarnaast tot extra overlast voor de woonomgeving en extra kosten voor Havensteder.

4.Het verweer

[gedaagde] heeft ter mondelinge behandeling verklaard, dat hoewel juist is dat zij aanvankelijk niet met de uitvoering van de geplande werkzaamheden aan de door haar gehuurde woning heeft ingestemd, zij reeds voor de mondelinge behandeling alsnog aan Havensteder heeft kenbaar gemaakt vrijwillig haar medewerking te zullen verlenen. Dit, onder de voorwaarde dat de bij dagvaarding verzochte proceskostenveroordeling wordt ingetrokken.

5.De beoordeling

5.1
Voldoende is gebleken dat Havensteder een spoedeisend belang heeft bij de door haar gevorderde voorziening, zodat zij in zoverre ontvankelijk is in haar vordering.
5.2
Ter mondelinge behandeling heeft Havensteder, onder overlegging van de e-mail
d.d. 17 april 2019, verklaard dat zij voorafgaande aan de mondelinge behandeling de instemming van [gedaagde] met het verrichten van de werkzaamheden aan de door [gedaagde] gehuurde woning, alsnog heeft ontvangen. Havensteder heeft daarop haar eis gewijzigd, in die zin dat zij de door haar bij dagvaarding gevorderde proceskostenveroordeling heeft ingetrokken. Verzocht is door Havensteder om de tussen partijen overeengekomen regeling op te nemen in een vonnis.
5.3
Het is de kantonrechter gebleken dat partijen tot overeenstemming zijn gekomen. Overeenkomstig die regeling zal hierna in het dictum worden beslist.

6.De beslissing

De kantonrechter,
rechtdoende in kort geding:
veroordeelt [gedaagde] om gelegenheid te geven voor de uitvoering van de werkzaamheden zoals genoemd onder randnummer 6 van de dagvaarding in/aan het gehuurde aan [adres] te Rotterdam en de voorbereidende werkzaamheden daartoe, door Havensteder en/of door haar ingeschakelde derde(n) en in dit kader [gedaagde] te veroordelen om het gehuurde aan [adres] te Rotterdam tijdelijk en gedeeltelijk te ontruimen en te verlaten met alle zich daarin en/of bevindende personen en/of zaken, voor zover deze laatste niet het eigendom van Havensteder zijn, en onder afgifte van de sleutels ter vrije en algehele beschikking van Havensteder te stellen gedurende:
  • één dag die valt voor 27 juni 2019 en die tenminste nog drie dagen van te voren schriftelijk zal worden aangekondigd voor het inmeten van de draaiende delen en inspectie in de woning (koude opname);
  • de dag van 3 juli 2019 voor de inventarisatie van asbest in de woning;
  • de dagen van 19 september 2019 tot 13 november 2019 voor de onder randnummer 6 van de dagvaarding genoemde werkzaamheden;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad en wijst af het méér of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.J. Willemsen en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
495