Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[verzoekster] ,
[betrokkene] ,
Verloop van de procedure
Beoordeling van het verzoek
Beslissing
[betrokkene]voornoemd voor zover die zijn gelegen in Nederland onder bewind wegens een lichamelijke of geestelijke toestand;
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 10 september 2019 uitspraak gedaan in een verzoek tot ondercuratelestelling van een betrokkene die in Iran verblijft. Verzoekster, die in Nederland woont, heeft verzocht om ondercuratelestelling van betrokkene, met benoeming van een curator. De kantonrechter heeft het verzoek afgewezen, omdat niet aannemelijk is dat verzoekster de belangen van betrokkene vanuit Nederland kan waarnemen, zoals een goed curator betaamt. Bovendien kan de kantonrechter geen toezicht houden op de curator in het buitenland.
De procedure begon met de indiening van het verzoekschrift op 21 januari 2019, gevolgd door een zitting op 26 maart 2019, waar verzoekster en de voorgestelde curator zijn gehoord. De kantonrechter heeft vastgesteld dat betrokkene als gevolg van een lichamelijke of geestelijke toestand niet in staat is zijn belangen zelf te behartigen. Echter, gezien het feit dat betrokkene in Iran verblijft, is het niet mogelijk voor verzoekster om adequaat toezicht te houden op de curator.
De kantonrechter heeft wel geoordeeld dat er aanleiding is om een lichtere maatregel te treffen, namelijk een geografisch beperkt bewind over de goederen van betrokkene die zich in Nederland bevinden. Dit is gedaan om de vermogensrechtelijke belangen van betrokkene te beschermen, aangezien hij in Nederland staat ingeschreven en daar vermogensrechtelijke belangen heeft. Verzoekster is benoemd tot bewindvoerder over deze belangen, maar het verzoek tot ondercuratelestelling is afgewezen.