ECLI:NL:RBROT:2019:7905

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
11 juli 2019
Publicatiedatum
11 oktober 2019
Zaaknummer
AWB - 19 _ 253
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Proces-verbaal
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ouderdomspensioen en duurzaam gescheiden leven in het bestuursrecht

Op 11 juli 2019 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak tussen eiser en de Raad van Bestuur van de Sociale Verzekeringsbank. Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. M.C. Noordergraaf, heeft beroep ingesteld tegen een besluit van verweerder, dat hem met ingang van augustus 2017 recht op een ouderdomspensioen naar de gehuwdennorm toekent. Eiser's echtgenote woont niet in Nederland omdat zij het inburgeringsexamen niet heeft afgelegd. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen sprake is van een door beide betrokkenen gewilde en duurzame verbreking van de echtelijke samenleving. Eiser en zijn echtgenote hebben de intentie om samen te leven, wat betekent dat er geen sprake is van duurzaam gescheiden leven zoals bedoeld in de Algemene Ouderdomswet (AOW). De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het bestreden besluit in stand gelaten. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan door mr. L.A.C. van Nifterick, rechter, in aanwezigheid van mr. N.C. Correa, griffier.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Bestuursrecht
zaaknummer: ROT 19/253

proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van

11 juli 2019 in de zaak tussen

[eiser] , te [woonplaats eiser] , eiser,

gemachtigde: mr. M.C. Noordergraaf,
en

de Raad van Bestuur van de Sociale Verzekeringsbank, verweerder,

gemachtigde: mr. P. Stahl-de Bruin.
Eiser is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde en vergezeld door [naam] . Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Na de sluiting van het onderzoek ter zitting op 11 juli 2019 heeft de rechtbank onmiddellijk mondeling uitspraak gedaan. De beslissing en de gronden van de beslissing luiden als volgt.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.

Overwegingen

Aan het bestreden besluit legt verweerder ten grondslag dat eiser gehuwd is en dat geen sprake is van duurzaam gescheiden leven. Eiser heeft daarom met ingang van augustus 2017 recht op een ouderdomspensioen naar de gehuwdennorm.
Uitgangspunt in de Algemene Ouderdomswet (AOW) is dat gehuwden een ouderdomspensioen naar de gehuwdennorm ontvangen. Alleen als een belanghebbende aannemelijk maakt dat sprake is van duurzaam gescheiden leven, bestaat er recht op een ouderdomspensioen naar de alleenstaandennorm. Het moet dan gaan om een door beide betrokkenen, of één van hen, gewilde verbreking van de echtelijke samenleving. De reden dat eiser en zijn echtgenote niet samen in Nederland wonen is dat dit haar zonder het met succes afleggen van het inburgeringsexamen niet toegestaan is. Eiser en zijn echtgenote hebben echter de wil samen te leven. Van duurzaam gescheiden leven zoals bedoeld in de AOW is in dit geval dan ook geen sprake.
Het bestreden besluit houdt in rechte stand.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Deze uitspraak is op 11 juli 2019 in het openbaar gedaan door mr. L.A.C. van Nifterick, rechter, in aanwezigheid van mr. N.C. Correa, griffier.
griffier rechter
Een afschrift van dit proces-verbaal is verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij de Centrale Raad van Beroep.