Uitspraak
VONNIS (ontneming)
[naam veroordeelde] ,
5.
medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd;
7.
€ 230,00 +
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 4 november 2019 uitspraak gedaan in een ontnemingsprocedure tegen een veroordeelde die betrokken was bij oplichting via Marktplaats. De rechtbank heeft vastgesteld dat de veroordeelde wederrechtelijk voordeel heeft verkregen ter hoogte van € 9.310,79, dat ontnomen dient te worden. De vordering van de officier van justitie, mr. dr. J. Bonnes en mr. E.M. Harbers, was gebaseerd op artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht, waarbij het voordeel dat de veroordeelde had verkregen door middel van strafbare feiten werd vastgesteld. De verdediging betwistte de hoogte van het wederrechtelijk verkregen voordeel, maar de rechtbank oordeelde dat er geen reden was om van de schatting af te wijken. De rechtbank heeft ook overwogen dat de aan benadeelde partijen toegekende vorderingen niet in mindering konden worden gebracht, omdat deze niet onherroepelijk waren toegewezen. De beslissing is genomen na onderzoek op de terechtzittingen van 23, 24 en 30 september en 4 november 2019, waarbij de veroordeelde zich op zijn zwijgrecht heeft beroepen. De rechtbank heeft de verplichting tot betaling aan de staat van het geschatte voordeel opgelegd, met inachtneming van de persoonlijke omstandigheden van de veroordeelde. Het vonnis is uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier, D.J. Boogert.