Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
2..De feiten
3..De vordering en de grondslag daarvan
4. De beoordeling
€ 633,00
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de vrouw, eiseres, een kort geding aangespannen tegen de man, gedaagde, die niet is verschenen. De vrouw vordert vervangende toestemming voor de verkoop van de woning die zij in 2009 heeft gekocht, en die op dat moment onder een hypotheek van € 113.000,00 viel. De man, die in Turkije woont, heeft nooit samengewoond met de vrouw en is sinds 2008 niet meer in contact met haar. De vrouw heeft de woning verkocht aan een derde, maar de notaris heeft haar laten weten dat zij de woning niet kan verkopen zonder toestemming van de man. De vrouw heeft een spoedeisend belang bij de verkoop, omdat zij anders een boete van 10% van de verkoopsom riskeert en problemen ondervindt bij de aankoop van een nieuwe woning.
De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de vrouw recht heeft op vervangende toestemming voor de verkoop van de woning, aangezien het huwelijksgoederenregime is geëindigd op het moment dat de echtscheiding in 2008 is aangevraagd. De vordering is toegewezen, met uitzondering van de vordering om het vonnis uitvoerbaar op de minuut te verklaren, wat niet meer in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering voorkomt. De man is veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op € 1.039,96, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf de veertiende dag na betekening van het vonnis.