ECLI:NL:RBROT:2020:2495
Rechtbank Rotterdam
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening inzake afgelasten markten door noodverordening COVID-19
Op 19 maart 2020 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak tussen alle marktplaatsvergunninghouders op de warenmarkten in Rotterdam en de voorzitter van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond. Het verzoek van de vergunninghouders om een voorlopige voorziening te treffen tegen de afgelasting van de markten, die was vastgesteld in de Noodverordening COVID-19, werd afgewezen. De Noodverordening, die op 17 maart 2020 was vastgesteld, bevatte algemeen verbindende voorschriften en kan daarom niet als een besluit worden aangemerkt waartegen bezwaar kan worden gemaakt. De voorzieningenrechter oordeelde dat het verzoek om voorlopige voorziening niet kon worden ingewilligd, omdat de noodverordening niet voldoet aan de vereisten van een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De uitspraak werd gedaan zonder zitting, op basis van de ingediende stukken. De voorzieningenrechter concludeerde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.