ECLI:NL:RBROT:2020:2566

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
18 maart 2020
Publicatiedatum
25 maart 2020
Zaaknummer
C/10/593159 / FA RK 20-1728
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing zorgmachtiging op basis van onjuiste medische verklaring

Op 18 maart 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een mondelinge beslissing genomen over een verzoek tot zorgmachtiging in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Het verzoek was ingediend door de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam en betrof een betrokkene die thans verblijft in Antes GGZ, locatie Poortmolen te Capelle aan den IJssel. De advocaat van de betrokkene, mr. D.H. van Tongerlo, heeft tijdens de mondelinge behandeling de afwijzing van het verzoek bepleit, onder verwijzing naar de medische verklaring van psychiater S.V. Laurens en de bevindingen van de geneesheer-directeur. De rechtbank heeft vastgesteld dat de psychiater in de medische verklaring heeft aangegeven dat de betrokkene niet lijdt aan een psychische stoornis die ernstig nadeel veroorzaakt en dat verplichte zorg niet noodzakelijk is. De rechtbank kon niet vaststellen of er sprake was van een kennelijke verschrijving in de medische verklaring. Gezien deze bevindingen heeft de rechtbank het verzoek tot zorgmachtiging afgewezen. De beslissing is op 18 maart 2020 mondeling gegeven door rechter M.C. Woudstra en op 25 maart 2020 schriftelijk uitgewerkt. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/593159 / FA RK 20-1728
Betrokkenenummer: [nummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 18 maart 2020 betreffende een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum betrokkene] , [geboorteplaats betrokkene] ,
hierna: betrokkene,
wonende te [adres betokkene] , [woonplaats betrokkene] ,
thans verblijvende in Antes GGZ, locatie Poortmolen te Capelle aan den IJssel,
advocaat mr. D.H. van Tongerlo te Rotterdam.

1.Procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 13 maart 2020.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
 de medische verklaring opgesteld door S.V. Laurens, psychiater, van 4 maart 2020;
 de zorgkaart van 21 februari 2020 met bijlagen;
 het zorgplan van 19 februari 2020 met bijlagen;
 de bevindingen van de geneesheer-directeur op het zorgplan;
 de gegevens over eerder afgegeven machtigingen op grond van de Wet Bopz en de Wvggz.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 18 maart 2020, in het gebouw van de rechtbank Rotterdam. Bij die gelegenheid zijn Bij die gelegenheid zijn (conform de Tijdelijke regeling F&J rechtbanken i.v.m. Corona) telefonisch gehoord:
Bij die gelegenheid zijn verschenen:
 betrokkene met zijn hierboven genoemde advocaat;
 [naam arts] , arts, en
 drs. [naam psychiater] , psychiater, beiden verbonden aan Antes GGZ, locatie Poortmolen.
1.2.
Het verzoek is tegelijk behandeld met het verzoek van de officier tot het verlenen van een voortzetting crisismaatregel, bekend onder zaak- en rekestnummer: C/10/593253 FA RK 20-1761.
1.3.
De officier is niet ter zitting verschenen, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2.Beoordeling

2.1.
Criteria zorgmachtiging
2.1.1.
De rechter kan op verzoek van de officier een zorgmachtiging verlenen ten aanzien van de betrokkene wanneer wordt voldaan aan de criteria en de doelen van verplichte zorg als bedoeld in artikel 3:3 en 3:4 Wvggz. Verplichte zorg is zorg die ondanks verzet kan worden verleend.
2.1.2.
De advocaat bepleit afwijzing van het verzoek onder verwijzing naar de conclusie van de psychiater en de bevindingen van de geneesheer-directeur.
De rechtbank stelt vast dat de psychiater in de medische verklaring heeft aangekruist niet van oordeel te zijn dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis waaruit gedrag voortvloeit dat ernstig nadeel veroorzaakt dat niet zonder verlening van verplichte zorg kan worden afgewend. De geneesheer-directeur heeft op haar beurt verklaard volledig aan te sluiten bij het zorgplan en/of de medische verklaring.
Gelet hierop, en omdat tijdens de mondelinge behandeling niet kan worden vastgesteld of het hier gaat om een kennelijke verschrijving, kan de rechtbank niet anders dan het verzoek afwijzen.

3.Beslissing

De rechtbank wijst het verzoek af.
Deze beschikking is op 18 maart 2020 mondeling gegeven door mr. M.C. Woudstra, rechter, in tegenwoordigheid van S.M. Plaisier-van Welie, griffier en op 25 maart 2020 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.