ECLI:NL:RBROT:2020:3214
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van achterstallige zorgpremie
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 3 april 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen Eno Zorgverzekeraar N.V. en een gedaagde die in persoon procedeerde. Eno vorderde betaling van een achterstand in zorgpremies van de gedaagde, die verzekerd was bij Eno onder de naam ZorgDirect. De gedaagde had de premies voor de maanden maart tot en met juli 2019 niet voldaan, wat resulteerde in een achterstand van € 624,50. Eno vorderde in totaal € 739,97, inclusief wettelijke rente en buitengerechtelijke kosten.
De gedaagde heeft de feiten waarop de vordering is gebaseerd niet betwist, maar voerde aan dat zij eerder een betalingsregeling had getroffen die zij niet kon nakomen vanwege andere schulden. De kantonrechter oordeelde dat de premieachterstand door de gedaagde niet was weersproken en wees de vordering van Eno toe. De gedaagde werd veroordeeld om het gevorderde bedrag te betalen, vermeerderd met rente en proceskosten. De kantonrechter gaf de gedaagde de mogelijkheid om een betalingsregeling te treffen met Eno, mits zij de benodigde inkomens- en uitgavengegevens aanleverde.
De beslissing van de kantonrechter houdt in dat de gedaagde de kosten van de procedure moet vergoeden en dat het vonnis uitvoerbaar bij voorraad is verklaard. Dit betekent dat Eno het recht heeft om het vonnis direct te executeren, ongeacht eventuele hoger beroep procedures.