Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..Procesverloop
2..Beoordeling
zes maanden:
Rechtbank Rotterdam
Op 27 mei 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie. De betrokkene, geboren in Syrië en thans verblijvende in GGZ Delfland, heeft te maken met een psychische stoornis, waaronder een schizofreniespectrumstoornis en middelenmisbruik. De rechtbank heeft vastgesteld dat het gedrag van de betrokkene leidt tot ernstig nadeel, waaronder risico op psychische schade en bedreiging van de veiligheid. De officier van justitie heeft verzocht om een zorgmachtiging, omdat er geen mogelijkheden voor vrijwillige zorg zijn en de betrokkene onvoldoende bereid is om behandeling te accepteren.
Tijdens de mondelinge behandeling zijn verschillende betrokkenen verschenen, waaronder de betrokkene en zijn advocaat. De rechtbank heeft de criteria voor verplichte zorg beoordeeld en vastgesteld dat de betrokkene stabiliteit en medewerking aan medicatie nodig heeft om zijn geestelijke gezondheid te herstellen. De rechtbank heeft besloten dat de zorgmachtiging wordt verleend voor een periode van zes maanden, ingaande op 6 juni 2020, en dat de betrokkene onderworpen zal worden aan verplichte zorg, waaronder het toedienen van medicatie en medische controles. De rechtbank heeft de verzoeken voor klinische opname en andere beperkende maatregelen afgewezen, omdat deze op dat moment niet proportioneel waren. De beschikking is mondeling gegeven door rechter M.C. Woudstra en schriftelijk uitgewerkt op 3 juni 2020.