ECLI:NL:RBROT:2020:8581

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
6 juli 2020
Publicatiedatum
30 september 2020
Zaaknummer
C/10/598607 / FA RK 20-4373
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg voor betrokkene met ernstige psychische stoornis

Op 6 juli 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam. De zaak betreft een betrokkene die lijdt aan een ernstige psychische stoornis, specifiek een ernstige stoornis in (poly)middelengebruik. De rechtbank heeft vastgesteld dat het gedrag van de betrokkene, als gevolg van zijn psychische stoornis, leidt tot ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en ernstig lichamelijk letsel. De betrokkene is al jaren in behandeling voor zijn chronische psychotische klachten en polydrugsgebruik, met eerdere klinische opnames en agressie-incidenten als gevolg.

Tijdens de mondelinge behandeling op 6 juli 2020 was de betrokkene niet aanwezig, ondanks dat hij door zijn behandelaar was gewezen op het belang van zijn aanwezigheid. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn, aangezien de betrokkene onvoldoende bereid is om behandeling of zorg op vrijwillige basis te accepteren. De rechtbank heeft de noodzaak van verplichte zorg onderbouwd met de medische verklaring, het zorgplan en de bevindingen van de geneesheer-directeur.

De rechtbank heeft besloten om een zorgmachtiging te verlenen voor de duur van zes maanden, met ingang van de datum van de beschikking. De maatregelen die kunnen worden getroffen als verplichte zorg zijn onder andere het toedienen van medicatie, het beperken van de bewegingsvrijheid en het opnemen in een accommodatie. De rechtbank heeft geoordeeld dat er geen minder bezwarende alternatieven zijn en dat de voorgestelde verplichte zorg evenredig en effectief is. De beschikking is mondeling gegeven door rechter M.C. Woudstra en schriftelijk uitgewerkt op 10 juli 2020.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/598607 / FA RK 20-4373
Betrokkenenummer: [nummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 6 juli 2020 betreffende een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum betrokkene] , [geboorteplaats betrokkene] ,
hierna: betrokkene,
wonende te [adres betrokkene] , [woonplaats betrokkene] ,
advocaat mr. S. Lodder te Rotterdam.

1..Procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 18 juni 2020.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • de medische verklaring opgesteld door [naam 1] , psychiater, van 28 mei 2020;
  • de (niet-ondertekende) zorgkaart;
  • het zorgplan van 28 mei 2020;
  • de bevindingen van de geneesheer-directeur over het zorgplan;
  • de gegevens over eerder afgegeven machtigingen op grond van de Wet Bopz en de Wvggz;
  • de relevante politiegegevens en de strafvorderlijke- en justitiële gegevens van betrokkene.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 6 juli 2020.
Bij die gelegenheid zijn verschenen:
 de advocaat van betrokkene;
 [naam 2] , behandelaar, verbonden aan Antes.
1.3.
De officier is niet ter zitting verschenen, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.
1.4.
De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene niet bereid was zich te doen horen. Ondanks dat de behandelaar betrokkene heeft gewezen op het belang van het bijwonen van de mondelinge behandeling, is hij niet verschenen. Betrokkene heeft vlak voor de mondelinge behandeling tegen de behandelaar gezegd ziek te zijn en zich te hebben vergist in de datum, terwijl de behandelaar hem eerder de juiste datum had doorgeven. Betrokkene heeft ook zijn advocaat recentelijk gesproken en gaf de indruk niet naar de rechtbank te willen gaan. Dit beeld is vergelijkbaar met eerdere mondelinge behandelingen. Hij heeft wel duidelijk zijn mening aan zijn advocaat kenbaar gemaakt.

2..Beoordeling

2.1.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling blijkt dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten een ernstige stoornis in (poly)middelengebruik.
2.2.
Het gedrag van betrokkene leidt als gevolg van zijn psychische stoornis tot ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op levensgevaar en ernstig lichamelijk letsel. Betrokkene is al jaren in behandeling voor zijn chronische psychotische klachten en polydrugsgebruik. In het verleden zijn er diverse klinische opnames geweest in verband met psychotische decompensatie en drugsgebruik met forse agressie incidenten. Betrokkene loopt dan geagiteerd rond, maakt ruzie met medebewoners en personeel, hij uit bedreigingen en is verbaal en fysiek agressief richting mensen en materialen. Betrokkene is op 27 maart 2020 om dezelfde reden enkele weken opgenomen geweest, waarbij de voorwaardelijke machtiging is geconverteerd in een voorlopige machtiging.
Betrokkene externaliseert de problemen en situaties en heeft beperkt ziektebesef en ziekte-inzicht.
2.3.
Betrokkene heeft verplichte zorg nodig om ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren en om de geestelijke gezondheid van betrokkene dusdanig te herstellen dat hij zijn autonomie zoveel mogelijk herwint.
2.4.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn.
Uit de overlegde stukken en wat tijdens de mondelinge behandeling is besproken blijkt dat betrokkene onvoldoende bereid is om behandeling of zorg op vrijwillige basis te accepteren. Om die reden is verplichte zorg nodig.
De in het verzoekschrift opgenomen vormen van verplichte zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en de bevindingen van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
  • het toedienen van medicatie;
  • het beperken van de bewegingsvrijheid;
  • het opnemen in een accommodatie.
De advocaat van betrokkene bepleit afwijzing van de vormen van verplichte zorg ‘opneming in de accommodatie’ en ‘het beperken van de bewegingsvrijheid’ omdat deze vormen nu niet noodzakelijk zijn en in noodsituaties kunnen worden verleend op grond van artikel 8:11 Wvggz.
Uit de stukken en de toelichting tijdens de mondelinge behandeling blijkt dat op dit moment de vormen van verplichte zorg ‘het opnemen in een accommodatie’ en ‘het beperken van de bewegingsvrijheid’ vooralsnog niet noodzakelijk zijn. Deze vormen zijn, aldus de behandelaar, pas noodzakelijk als verplichte zorg in het ambulante kader niet langer volstaat om het ernstig nadeel af te wenden. Het is voorzienbaar dat een dergelijke crisissituatie zich zal gaan voordoen, omdat betrokkene bekend staat om zijn medicatie-ontrouw en recent nog is gedecompenseerd, waarna hij moest worden opgenomen. De rechtbank gaat ervan uit dat de wetgever heeft beoogd dat zorgverlening ter voorkoming van ernstig nadeel mogelijk moet zijn. Anders dan de advocaat van betrokkene bepleit, wijst de rechtbank deze vormen van verplichte zorg eveneens toe. Van deze vormen mag slechts gebruik worden gemaakt wanneer er sprake is van een crisissituatie en wanneer de ambulante zorg niet langer toereikend is om het ernstig nadeel af te wenden. Bij betrokkene kan van een crisissituatie worden gesproken wanneer hij stopt met zijn medicatie en er een toename van psychotische klachten wordt waargenomen. Het is dan van belang om snel in te kunnen grijpen met een klinische opname waar betrokkene weer adequaat kan worden ingesteld om ernstig nadeel voor zichzelf en voor anderen te voorkomen. De opname moet dan wel worden gerechtvaardigd door een actuele onafhankelijke medische verklaring.
2.5.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.6.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de verzochte duur van zes maanden met ingang van vandaag.

3..Beslissing

De rechtbank:
3.1.
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van [naam betrokkene] voornoemd;
3.2.
bepaalt dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen zoals opgenomen in rechtsoverweging 2.4. kunnen worden getroffen;
3.3.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 6 januari 2021.
Deze beschikking is op 6 juli 2020 mondeling gegeven door mr. M.C. Woudstra, rechter, in tegenwoordigheid van V. Merkouris, griffier, en op 10 juli 2020 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.