2.4.In het rapport van bevindingen van 11 juli 2019 (boetezaak 201902932) schrijven twee toezichthouders over hun bevindingen op 3 juli 2019 onder meer het volgende:
“
Datum en tijdstip van de bevinding: 3 juli 2019 tussen 10:43 - 11:53 uur en tussen 12:57 - 13:49 uur. Ik zag tijdens mijn inspectie op het pluimveeslachthuis bij de postmortem keuring dat er veel karkassen van deze koppel ernstig tot zeer ernstig (vleugel)letsel vertoonden. Ik heb daarom besloten een letseltelling uit te voeren. Tijdens mijn inspectie bevond ik mij in de afdeling panklaar ter hoogte van het eerste keurbordes, direct aan de achterzijde van dit bordes, voor het uitvoeren van een vangletselcontrole van koppel 3 afkomstig van [eiseres] (registratienummer: [nummer] ). Het betrof hier een koppel kuikens uit stal 3. De identiteit van dit koppel heb ik geverifieerd door de actuele slachtinformatie te vergelijken met de aanvoerplanning en de VKI van deze slachtdag. (zie bijlage: Dagplanning Transport 3 juli en VKI). Aangezien ik bij de start van een nieuw koppel op de hoogte wordt gesteld welk koppel er draait in de panklaar, was ik ervan verzekerd dat dit de kuikens waren van [eiseres] stal 3.
Tijdens de letseltelling, uitgevoerd volgens de werkinstructie uit bijlage 7 van de K-PL-WLZ-WVO1 van de NVWA, zag ik dat er veel bloedingen aanwezig waren op de karkassen. Deze varieerden van donkerrood tot paarsrood. Ik stelde vast dat de meeste bloedingen ter hoogte van de vleugels en de borststreek zaten.
Ik heb van stal 3 in totaal twee tellingen uitgevoerd. Beide controles duurden twee minuten. De bandsnelheid tijdens de controle was 11.000 kuikens per uur. In totaal heb ik per controle van twee minuten 183 kuikens gecontroleerd ervanuit gaande dat alle haken bezet waren. Dit is de standaard bandsnelheid. Als de snelheid aangepast moet worden, worden wij op de hoogte gesteld. Aan de achterzijde van het keurbordes komt de helft van het aantal kuikens langs (aantal kuikens wordt gesplitst over 2 keurbordessen) aangezien ik aan de achterzijde van het keurbordes stond zag ik dus per minuut 91 kuikens en in 2 minuten totaal 183. Ik stond hier omdat op deze locatie de vleugels vrij hangen en goed zichtbaar zijn. Op een locatie waar de gehele lijn langskomt, hangen vleugels vaak over en tegen elkaar en is tellen lastiger.
- Koppel 3 stal 3: tellingen respectievelijk omstreeks 10:43 uur en 11:53 uur. Tijdens de eerste controle heb ik 10 letsels geteld, tijdens de tweede controle 7 (zie fotobijlage: foto’s 1 t/m 5). Uit deze tellingen kwamen scores van 5.46% en 3.83%, wat een gemiddelde score geeft van 4.65%. Hieruit bleek mij dat de interventiegrens van 2% die de NVWA hanteert, overschreden was.
De letsels bestonden uit grote (>3 cm) donkerrode tot paarse bloedingen met name ter hoogte van de vleugels en enkele in de borststreek. Bloedingen van deze aard zijn in de laatste 12 uur voorafgaand aan het doden van de dieren ontstaan door het vangen van de dieren. Uit niets is gebleken dat er tijdens het transport en het onderbrengen in het
slachthuis een calamiteit is geweest wat letsels van deze aard heeft kunnen doen ontstaan.
Naar mijn deskundige mening als dierenarts is het welzijn van de kuikens ernstig geschaad tijdens het vangen van de dieren en plaatsen in de vervoerscontainers wat aanleiding heeft gegeven tot erge pijngewaarwording en stress bij de kuikens tijdens transport en in de tijd daarna tot aan het bedwelmen, Vanuit mijn professionele ervaring als dierenarts concludeer ik uit bovenstaande feiten dat hier sprake is van ernstig dierenletsel ten gevolge van onaanvaardbaar verwijtbaar handelen tijdens het vangen van de kuikens. De naam van de vangploeg en de wijze van vangen is mij op dit moment niet bekend.
Ik, inspecteur met toezichthoudernummer 37519, begon mijn dienst om 12.00 uur. Toen ik de NVWA kantoor binnen kwam, werd ik geïnformeerd door mijn collega-inspecteur met toezichthoudernummer 37540 dat koppel 3 afkomstig van [eiseres] (registratienummer: [nummer] ) ernstige letsels vertoonde, Om 12:30 uur, werd ik gebeld door het bedrijf om mij te informeren dat ze met stal 2 van dezelfde mester zouden beginnen. Ik had later in de aanvoerhal in het document Aanvoerplanning van 3 juli kunnen zien dat stal 2 van mester [eiseres] om 12:35 uur begonnen was. (zie bijlage: Dagplanning
Transport 3 juli). Nadat ik gebeld werd, ben ik naar de afdeling panklaar gegaan voor het uitvoeren van een vangletselcontrole van stal 2. Ik bevond mij ter hoogte van het eerste
keurbordes, direct aan de achterzijde van dit bordes. Ik heb van stal 2 in totaal drie tellingen uitgevoerd. Ik heb geteld volgens de werkinstructie uit bijlage 7 van de K-PL-WLZ-WVO1 van de NVWA. Alle controles duurden twee minuten. De bandsnelheid tijdens de controle was 11.000 kuikens per uur. In totaal heb ik per controle van twee minuten 183 kuikens gecontroleerd ervanuit gaande dat alle haken bezet waren. Aan de achterzijde van het keurbordes komt de helft van het aantal kuikens langs (aantal kuikens wordt gesplitst over 2 keurbordessen) aangezien ik aan de achterzijde van het keurbordes stond zag ik dus per minuut 91 kuikens en in 2 minuten totaal 183. Ik stond hier omdat op deze locatie de vleugels vrij hangen en goed zichtbaar zijn. Op een locatie waar de gehele lijn langskomt, hangen vleugels vaak over en tegen elkaar en is tellen lastiger.
- Koppel 3 stal 2: tellingen respectievelijk omstreeks 12:57 uur, 13:14 uur en 13:49 uur. Tijdens de eerste controle heb ik 7 vleugelletsels geteld, tijdens de tweede controle heb ik 7 vleugelletsels geteld en tijdens de derde controle heb ik 7 vleugelletsels en 1 borstletsel geteld (zie fotobijlage: foto’s 6 t/m 8). Uit deze tellingen kwamen scores van 3.83%, 3.83% en 4.37% wat een gemiddelde score geeft van 4,01%, Hieruit bleek mij dat de interventiegrens van 2% die de NVWA hanteert, overschreden was. Bij mij is niet bekend of de dieren handmatig zijn gevangen of met een vangmachine.
De letsels bestonden uit grote (>3 cm) donkerrode tot paarse bloedingen. Op basis van mijn deskundigheid als dierenarts mag gesteld worden dat een bloeding ontstaat als gevolg van een beschadiging van een bloedvat (schade aan weke delen, zogenoemd: weefselschade). Hierdoor treedt bloed buiten het vat, wat, indien het een bloedvat is wat zich rechtstreeks onder de huid bevindt, zichtbaar is onder de huid. In de volksmond wordt dit aangeduid als een zogenoemde “blauwe plek”. Op basis van mijn deskundigheid als dierenarts leidt weefselschade tot pijn bij het dier.”
3. Eiseres voert aan dat uit de rapporten van bevindingen niet blijkt dat sprake is van vangletsel. Het letsel is pas geconstateerd op de aanvoerlijn in het slachthuis en tussen het vangen en de controle zitten meerdere stappen die hetzelfde letsel kunnen hebben veroorzaakt. Het laden van een vrachtwagen duurt 45 minuten, het transport naar de slachterij duurt 1 uur en 15 minuten en voordat de kuikens de controle aan de slachtlijn passeren duurt ongeveer 1 tot 2 uur, afhankelijk van de voorraad op de slachterij. Het letsel kan ook zijn ontstaan tijdens het transport of op de slachterij. Ook kan op basis van het rapport van Wageningen University & Research (WUR), waarnaar verweerder verwijst, niet worden gezegd dat sprake is van vangletsel als een bloeding wordt geconstateerd.
Volgens eiseres is niet bewezen dat zij schuldig is aan het letsel. Eiseres is altijd bij het vangen aanwezig en controleert dan of in de containers geen kuikens op de rug liggen of klem zitten. De kuikens gaan pas weg als eiseres ervan verzekerd is dat het dierenwelzijn niet in het geding is. Eiseres heeft verweerder meermaals voorgesteld om te komen kijken bij het vangen op haar bedrijf maar de NVWA heeft daar geen gehoor aan gegeven. In beroep heeft eiseres twee filmpjes ingebracht waarop is te zien op welke wijze de kuikens bij haar in het bedrijf worden gevangen. Voorts voert eiseres aan dat de door de toezichthouders gebruikte methode ongeschikt is om adequaat vast te stellen of er sprake is van vangletsel. Het is nagenoeg onmogelijk om met een snelheid van ongeveer 365 karkassen in 2 minuten de grootte en kleur van de bloedingen juist in te schatten. Voorts blijkt dat het getelde percentage vangletsel sterk varieert per beoordelaar; eiseres kent gevallen waar bij hetzelfde koppel bij de ene beoordelaar 1 % vangletsel scoort en bij de andere 6 %. Daarnaast vermelden de rapporten niet de daadwerkelijke grootte en omvang van de geconstateerde bloedingen en is er geen ander bewijs van vangschade (bijvoorbeeld beeldmateriaal), zodat de constateringen op geen enkel wijze te controleren zijn. Eiseres verwijst naar de uitspraak van deze rechtbank van 22 januari 2020 (ECLI:NL:RBROT:2020:392) waarin is geoordeeld dat de bepalingsmethode teveel onzekerheid over de ouderdom van de getelde bloedingen meebrengt en dat onvoldoende vaststaat dat het letsel is ontstaan bij het vangen. Dit geldt ook voor deze boetes. Daarnaast betwijfelt eiseres of alle getelde karkassen wel van haar waren gelet op de opgegeven snelheid van de aanvoerlijn (11.000 karkassen per uur), het aantal kuikens dat eiseres die dagen had aangeleverd en de periode die tussen de twee tellingen heeft gezeten. In elk geval kunnen de kuikens die om 12.54 uur in boetezaak 201706403 zijn geteld niet van haar zijn omdat zij die dag 19.200 kuikens heeft aangeleverd en de eerste telling al om 10.46 uur begon, aldus eiseres.