Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- vrijspraak van de impliciet primair ten laste gelegde moord;
- bewezenverklaring van de impliciet subsidiair ten laste gelegde doodslag;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 10 jaar met aftrek van voorarrest, alsmede ter beschikkingstelling van de verdachte met bevel tot dwangverpleging.
4..Vrijspraak moord
5..Waardering van het bewijs
6..Strafbaarheid feit
7..Strafbaarheid verdachte
8..Motivering straf en maatregel
9..Vordering benadeelde partij / schadevergoedingsmaatregel
10..Toepasselijke wettelijke voorschriften
11..Bijlagen
12..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 8 (acht) jaren;
ter beschikking wordt gesteld;
van overheidswege wordt verpleegd;
van € 39.958,65 (zegge: negenendertigduizendnegenhonderdachtenvijftig euro en vijfenzestig eurocent), bestaande uit bestaande uit € 7.458,65 aan materiële schade, € 17.500,- aan affectieschade en € 15.000,- aan shockschade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 22 december 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [naam benadeelde] te betalen
€ 39.958,65(hoofdsom,
zegge: negenendertigduizendnegenhonderdachtenvijftig euro en vijfenzestig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 22 december 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van
€ 39.958,65niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
234 (tweehonderdvierendertig dagen); de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;