Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 21 september 2021 in de zaak tussen
[naam eiseres] , te [plaats] , eiseres,
het college van burgemeester en wethouders van Albrandswaard, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
.
Rechtbank Rotterdam
Op 21 september 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiseres en het college van burgemeester en wethouders van Albrandswaard. De eiseres had aanvragen ingediend voor bekostiging van leerlingenvervoer voor haar hoogbegaafde kinderen naar de Zuider Gymnasiumbasisschool in Rotterdam. De rechtbank oordeelde dat de gemeente de aanvragen terecht had afgewezen. De primaire besluiten van 12 september 2019 werden gehandhaafd, omdat eiseres niet aannemelijk had gemaakt dat de ZGBS de dichtstbijzijnde toegankelijke school was. De rechtbank stelde vast dat er zes andere scholen binnen het samenwerkingsverband zijn die dichterbij gelegen zijn en die ook passend onderwijs kunnen bieden. Eiseres voerde aan dat de ZGBS wel de dichtstbijzijnde school was en dat de gemeente ten onrechte geen gebruik had gemaakt van de hardheidsclausule. De rechtbank oordeelde dat het aan de ouders is om aan te tonen dat de dichtstbijzijnde school niet toegankelijk is, en dat de informatie die eiseres had aangeleverd niet voldoende was om dit te onderbouwen. De rechtbank concludeerde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die het gebruik van de hardheidsclausule rechtvaardigden. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.