Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 13 juni 2022, met bijlagen;
- het antwoord met eis in reconventie (tegeneis), met bijlagen;
- de repliek met antwoord in reconventie, met een bijlage.
2..Het geschil
- [gedaagde01] te veroordelen aan haar te betalen € 500,00 aan hoofdsom, met rente;
- [gedaagde01] te veroordelen in de proceskosten en de nakosten;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
- VGZ te veroordelen aan hem te betalen € 442,60;
- VGZ te veroordelen in de proceskosten;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
opmerking kantonrechter: € 960,00 + (3 x € 49,85) - € 664,95 = € 444,60, maar [gedaagde01] eist een lager bedrag) van VGZ tegoed. Dat bedrag eist hij in reconventie.
3..De beoordeling
- een betaling van € 27,85 in maart 2017 via de uitkering van [gedaagde01] ;
- betalingen van in totaal € 106,60 in september 2017;
- een betaling van € 106,54 op 10 oktober 2017;
- betalingen van in totaal € 106,54 in november 2017.