ECLI:NL:RBROT:2022:11481

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
23 december 2022
Publicatiedatum
2 januari 2023
Zaaknummer
9785867 \ CV EXPL 22-10198
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot vernietiging bindend advies en schadevergoeding na cosmetische behandeling

In deze zaak heeft eiseres, aangeduid als [eiseres01], een vordering ingesteld tegen Faceland Chirurgie B.V. naar aanleiding van een cosmetische behandeling die zij op 9 januari 2020 onderging. Eiseres heeft een fillerbehandeling ondergaan, maar was ontevreden over het resultaat en heeft meerdere klachten ingediend bij Faceland. Na een bindend advies van de Geschillencommissie Zorg Algemeen, waarin de klachten gedeeltelijk gegrond werden verklaard, heeft eiseres de vernietiging van dit advies gevorderd, evenals een schadevergoeding van € 10.000,00. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de gebondenheid aan het bindend advies niet onaanvaardbaar is en dat de vordering tot vernietiging van het bindend advies niet kan worden toegewezen. De rechter heeft vastgesteld dat eiseres Faceland Chirurgie in de gelegenheid had moeten stellen om de klachten op te lossen, en dat de geschillencommissie in redelijkheid tot haar beslissing heeft kunnen komen. De vordering tot schadevergoeding is afgewezen, en eiseres is veroordeeld in de proceskosten van Faceland Chirurgie, vastgesteld op € 622,00. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 9785867 \ CV EXPL 22-10198
datum uitspraak: 23 december 2022
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
[eiseres01],
woonplaats: [woonplaats01] ,
eiseres,
gemachtigde: mr. F. Hansen,
tegen
Faceland Chirurgie B.V.,
vestigingsplaats: Capelle aan den IJssel,
gedaagde,
gemachtigde: mr. B. van der Kamp.
De partijen worden hierna ‘ [eiseres01] ’ en ‘Faceland Chirurgie’ genoemd.

1..De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 23 februari 2022, met bijlagen 1 tot en met 22;
  • het herstelexploot van 18 maart 2022;
  • het antwoord, met producties 1 tot en met 10;
  • de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
  • de brief van de zijde van [eiseres01] , met aanvullende bijlagen 23 tot en met 27;
  • de brief van de zijde van [eiseres01] , met aanvullende bijlage 28;
  • de akte uitlating en aanvulling producties van de zijde van Faceland Chirurgie, met producties 11 tot en met 14;
  • de brief van de zijde van [eiseres01] , met aanvullende bijlagen 29 tot en met 31;
  • de spreekaantekeningen van mr. Hansen;
  • de spreekaantekeningen van mr. Van der Kamp.
1.2.
Op 15 november 2022 is de zaak tijdens een mondelinge behandeling besproken. Daarbij waren aanwezig de gemachtigde van [eiseres01] en, namens Faceland Chirurgie, de heren [naam01] , medisch directeur, [naam02] , arts, en haar gemachtigde.

2..De feiten

2.1.
Faceland Chirurgie maakt deel uit van een groep van klinieken voor injectables en chirurgie die gezamenlijk opereren onder de naam “ Faceland ”; de rechtspersonen die van die groep deel uitmaken zullen hierna (gezamenlijk en afzonderlijk) worden aangeduid als Faceland . Van die groep maakt ook deel uit de rechtspersoon [bedrijf01], die gevestigd is in Almere en die tevens opereert onder de handelsnaam Faceland Almere .
2.2.
[eiseres01] heeft op 9 januari 2020 een behandeling ondergaan bij een vestiging van Faceland in Almere. Op die dag heeft [eiseres01] een intake gehad met de behandelend arts en een formulier ondertekend, waarin zij toestemming gaf voor de behandeling (een zogenaamd “informed consent” formulier). Direct daarna heeft zij een behandeling ondergaan, waarbij onder meer een filler, Radiesse, is ingebracht in of bij haar lip, wangen en jukbeenderen.
2.3.
Op 10 januari 2020 zond [eiseres01] twee e-mails aan Faceland met foto’s van haar gezicht. Bij e-mail van 11 januari 2020 stuurde [eiseres01] nog een foto van haar gezicht, waarbij zij Faceland onder meer het volgende liet weten:

Mijn gezicht blijft opgezwollen en ik voel de fillers heel erg zitten en er zit veel te veel in. Mij is niet verteld dat er 3 ml in mijn wangen ging. Het is ook erg gezakt naar mijn gevoel. Ik ben heel erg verdrietig van hoe ik er nu uit zie. Het zou subtiel gezet worden hadden we nog specifiek afgesproken. Mijn gezicht is helemaal rond ipv mooi gedefinieerd bij de wangen.
2.4.
Op 24 januari 2020 heeft [eiseres01] de kliniek bezocht voor een controleafspraak met de behandelend arts. Op 27 februari 2020 heeft een tweede controleafspraak plaatsgevonden.
2.5.
Op 20 maart 2020 heeft [eiseres01] een e-mail gestuurd aan Faceland , waarin zij zich nogmaals beklaagde over de gevolgen van de behandeling en waarin zij aanspraak maakte op schadevergoeding. Daarna heeft zij nog een aantal e-mails en WhatsApp-berichten gestuurd aan Faceland .
2.6.
Op 14 augustus 2020 heeft [eiseres01] een schriftelijke klacht ingediend bij Faceland , waarbij zij Faceland heeft verzocht de behandelingskosten terug te betalen en haar te compenseren voor toegebracht leed. Faceland heeft daarop gereageerd met een afhandelingsbericht van 10 september 2020, waarin onder meer het volgende werd vermeld:

Omdat Faceland haar cliënten graag tevreden wil stellen en lering wil trekken uit eventuele klachten, kunt u bij Faceland altijd even terugkomen bij uw behandelend arts om samen te kijken naar een oplossing. Indien nodig, kan het resultaat kosteloos worden gereduceerd. Zoals ik van[naam behandelend arts]
en uit uw klaagschrift heb mogen begrijpen, is u aangeboden om de fillers op te lossen, wat het aantrekken van vocht kan doen verminderen. Eventuele deukjes/asymmetrie kunnen worden gereduceerd. U heeft geen gebruik willen maken van dit aanbod, omdat u heeft aangegeven uw vertrouwen te hebben verloren in uw behandelend arts en uit angst voor eventuele complicaties. Hierdoor is de arts niet in de gelegenheid gesteld om zijn werk cosmetisch gezien te verbeteren, dan wel de klachten te verminderen.
2.7.
[eiseres01] heeft op het bovengenoemde afhandelingsbericht gereageerd met een e-mail van 19 september 2020, waarin onder meer het volgende is vermeld:

De heer[naam behandelend arts]
heeft aangegeven om de fillers op te lossen en het ongewenste effect te reduceren. Zoals ik al aan hem heb aangegeven ga ik niet een arts die in eerste instantie de behandeling niet correct heeft uitgevoerd, nogmaals mijn gezicht laten behandelen.
2.8.
Bij e-mail van 21 oktober 2020 liet Faceland aan [eiseres01] weten dat haar klacht met de directie was besproken, dat de directie de gang van zaken enorm betreurde en dat Faceland bereid was om het volledig door haar voor de behandeling betaalde bedrag van € 1157,00 terug te betalen.
2.9.
In een e-mail van 7 december 2020 berichtte Faceland [eiseres01] onder meer het volgende:

Faceland wil u graag aanbieden om terug te komen bij een andere
arts, zodat het resultaat anno nu kan worden beoordeeld. Gezien u heeft aangegeven vandaag de dag nog hinder te ondervinden van de behandeling door[naam behandelend arts]
, wil Faceland kijken naar een mogelijke oplossing om uw gelaat te herstellen. Dit kan bij een arts die uw kwestie zo onafhankelijk mogelijk zal bekijken, gericht op een passende oplossing voor u als patiënt. Deze arts is werkzaam in Almere op maandagen.[Naam benadelend arts]
is dan niet aanwezig, hier is bewust rekening mee gehouden.
2.10.
Bij e-mail van diezelfde dag liet [eiseres01] Faceland onder meer het volgende weten:

Voor nazorg heb ik al verschillende artsen geraadpleegd en omdat er sprake is van Radiesse is er geen mogelijkheid voor het oplossen hiervan. Ik moet middels andere behandelingen zoals onder andere RF-behandelingen of een operatie proberen de schade te beperken. Welke veel kosten en tijd met zich meebrengen. Laat staan de emotionele schade en pijn die het mij toe brengt. Vandaar ook mijn verzoek om een deel-vergoeding.
Uit uw e-mail begrijp ik echter dat Faceland niet bereid is om tot een passende schadevergoedingsvoorstel dan wel deelvergoeding te komen. In onze vorige gesprekken is uw oplossing al aangeboden en in mijn voorgaande e-mails heb ik al verwoord wat de redenen zijn om dit niet als passende oplossing te erkennen.
2.11.
Op 16 januari 2021 heeft [eiseres01] het geschil met Faceland voorgelegd aan de Geschillencommissie Zorg Algemeen (hierna: de geschillencommissie). Op 23 december 2021 heeft de geschillencommissie in een bindend advies (hierna: het bindend advies) de klacht gedeeltelijk gegrond verklaard, voor zover het betrof klachten over de informatievoorziening door Faceland voorafgaand aan de behandeling en de lange behandeltijd van de klacht die [eiseres01] bij Faceland had ingediend. Verder is in het bindend advies het volgende overwogen:

Of de zorgaanbieder de behandeling met fillers volgens de regelen der kunst heeft uitgevoerd, laat de commissie in het midden. De commissie is van oordeel dat de cliënt de zorgaanbieder de gelegenheid had moeten geven om haar klachten op te lossen. Bij het consult op 27 februari 2020 heeft de zorgaanbieder aangeboden de fillers op te lossen, maar op dat aanbod is de cliënt niet in gegaan. Ook in het afhandelingsbericht van 10 september 2020 biedt de zorgaanbieder de cliënt een kosteloze reductie van de behandeling aan. De cliënt is op die voorstellen niet ingegaan. Ter zitting heeft de cliënt gesteld daarop niet te zijn ingegaan omdat Radiesse zich niet laat oplossen. Tegenover de gemotiveerde betwisting van deze stelling door de zorgaanbieder, heeft de client deze stelling onvoldoende geadstrueerd. De cliënt had de zorgaanbieder in de gelegenheid moeten stellen om een cosmetisch bevredigend resultaat te bereiken. Juridisch gezien verkeert de zorgaanbieder daarom niet in verzuim, zodat het verzoek van de cliënt om schadevergoeding, voor zover dat is gebaseerd op de onjuiste behandeling, niet kan worden toegewezen.
In het bindend advies is bepaald dat Faceland Chirurgie aan [eiseres01] een vergoeding van € 1.500,00 diende te betalen.
2.12.
In artikel 25 van het Reglement Geschillencommissie Zorg Algemeen (van januari 2017) is bepaald dat vernietiging van een bindend advies van de geschillencommissie uitsluitend kan plaatsvinden door het ter toetsing voor te leggen aan de gewone rechter binnen twee maanden na verzending van de uitspraak aan partijen.

3..Het geschil

3.1.
[eiseres01] eist samengevat, volgens het petitum in de dagvaarding:
  • Faceland Chirurgie te veroordelen aan haar te betalen € 10.000,00;
  • Faceland Chirurgie te veroordelen in de proceskosten;
  • het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
De inhoud van de eis zal nader besproken worden onder 4.2 - 4.4 hierna.
3.2.
[eiseres01] baseert de eis - kort samengevat - op het volgende. In haar beslissing is de geschillencommissie er ten onrechte aan voorbijgegaan dat er voor Radiesse geen oplosmiddel bestaat en dat het voorstel van de behandelend arts om de fillers op te lossen onmogelijk tot een bevredigend resultaat zou kunnen leiden. Nu Faceland Chirurgie onmogelijk een goed resultaat kon afleveren, mocht [eiseres01] besluiten om niet in te gaan op het aanbod van Faceland Chirurgie om de effecten van de behandeling te reduceren. Het bindend advies is daarom naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar. Ook heeft de geschillencommissie niet toegelicht hoe het bedrag van € 1.500,00, dat zij als schadevergoeding heeft toegewezen, tot stand is gekomen. De uitspraak van de geschillencommissie moet daarom vernietigd worden. Faceland Chirurgie is tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichting om de zorg van een goed hulpverlener in acht te nemen en zij is daarom aansprakelijk voor de materiële en immateriële schade die [eiseres01] heeft geleden.
3.3.
Faceland Chirurgie is het niet eens met de eis en vindt dat [eiseres01] niet-ontvankelijk is in haar vordering. Faceland Chirurgie voert - kort samengevat - het volgende aan. [eiseres01] heeft nagelaten in het petitum van de dagvaarding op te nemen dat het bindend advies vernietigd moet worden. [bedrijf01] is partij bij de overeenkomst en niet Faceland Chirurgie; [eiseres01] heeft dus de verkeerde partij gedagvaard. [eiseres01] heeft haar vordering tot vernietiging van de beslissing van de geschillencommissie te laat ingediend. Het bindend advies is niet naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar, niet voor wat betreft de wijze van totstandkoming en ook niet voor wat betreft de inhoud. Voor zover de kantonrechter het bindend advies zou vernietigen, betwist Faceland Chirurgie dat sprake is van een toerekenbaar tekortschieten of dat anderszins sprake is van medische fouten, dat verzuim is ingetreden en dat sprake is van een complicatie en/of letselschade bij [eiseres01] .

4..De beoordeling

Bindend advies en de mogelijkheid tot vernietiging daarvan
4.1.
Partijen zijn het erover eens dat het bindend advies moet worden aangemerkt als een beslissing zoals bedoeld in artikel 7:904 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW). Uit dit artikel volgt dat gebondenheid aan een bindend advies onder omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar kan zijn in verband met de inhoud of de wijze van totstandkoming daarvan. Als daarvan sprake is, is de beslissing vernietigbaar.
[eiseres01] heeft vernietiging van het bindend advies gevorderd
4.2.
In artikel 111 lid 2 onder d van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) is bepaald dat het exploot van dagvaarding de eis en de gronden daarvan moet vermelden. De eis hoeft niet op een bepaalde plaats of in een bepaalde vorm in de dagvaarding wordt opgenomen, maar wel is in beginsel vereist dat op een voldoende in het oog springende wijze in de dagvaarding een afzonderlijk en als zodanig herkenbare eis voorkomt. Als uit het lichaam van de dagvaarding zonder meer duidelijk is tegen welke vordering de gedaagde zich heeft te verweren, dan zal het zich kunnen voordoen dat aan het vereiste van artikel 11 lid 2 onder d Rv is voldaan, ook als een uitdrukkelijk petitum (formulering van de eis aan het slot van de dagvaarding) ontbreekt (HR 15-11-1991, ECLI:NL:HR:1991:ZC0413).
4.3.
De kantonrechter is van oordeel dat [eiseres01] in deze procedure een vordering tot vernietiging van het bindend advies heeft ingesteld die voldoet aan de eisen van artikel 111 lid 2 onder d Rv. De kantonrechter komt tot dat oordeel op de volgende gronden.
4.4.
Aan het slot van de dagvaarding is een petitum opgenomen, waarin een vordering tot vernietiging ontbreekt. In het lichaam van de dagvaarding is echter, onder het kopje “rechtsgronden en vorderingen”, in paragraaf 39 onder meer het volgende opgenomen: “
Eiseres vordert primair om de uitspraak van de commissie te vernietigen. Eiseres vordert subsidiair dat gedaagde haar een schadevergoeding betaalt”. De bewoordingen van deze paragraaf zijn duidelijk, in ieder geval voor wat betreft de vernietigingsvordering. Het moet Faceland Chirurgie daarom zonder meer duidelijk zijn geweest dat [eiseres01] beoogde een vordering tot vernietiging van het bindend advies in te stellen, ook al is die vordering niet in het petitum opgenomen. Ook uit de conclusie van antwoord van Faceland Chirurgie en uit hetgeen tijdens de mondelinge behandeling is besproken blijkt dat er bij Faceland Chirurgie geen misverstand over bestond dat [eiseres01] de vernietiging van het bindend advies wilde bewerkstelligen.
[eiseres01] heeft niet de verkeerde partij gedagvaard
4.5.
Naar het oordeel van de kantonrechter heeft [eiseres01] de juiste partij gedagvaard, in ieder geval voor zover het betreft de vordering tot vernietiging van het bindend advies. In artikel 3:51 BW is bepaald dat een rechtsvordering tot vernietiging wordt ingesteld tegen hen die partij bij die rechtshandeling zijn. De rechtshandeling waar het hier om gaat is het bindend advies; de partijen bij het bindend advies zijn [eiseres01] en Faceland Chirurgie. Dat betekent dat als [eiseres01] het bindend advies wilde vernietigen, zij de vordering tot vernietiging tegen Faceland Chirurgie moest instellen; dat is wat zij ook gedaan heeft.
De vernietigingsvordering is tijdig ingesteld
4.6.
De kantonrechter is van oordeel dat de vernietigingsvordering tijdig is ingesteld. De kantonrechter komt tot dat oordeel op de volgende gronden.
4.7.
Op grond van artikel 25 van het Reglement Geschillencommissie Zorg Algemeen moet een vordering tot vernietiging worden ingesteld binnen twee maanden na de verzending van de uitspraak aan partijen. Voor wat betreft de berekening van de termijn waarbinnen vernietiging moest worden gevorderd moet aansluiting worden gezocht bij de jurisprudentie over andere termijnen, zoals de appeltermijn; op basis daarvan moet die termijn geacht worden twee maanden later te eindigen op (het einde van) de dag met hetzelfde nummer als de dag van verzending van het bindend advies (vgl. HR 01-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2225). Ervan uitgaande dat het bindend advies is verzonden op de dag van ondertekening, 23 december 2021, liep de termijn waarbinnen vernietiging moest worden gevorderd tot en met 23 februari 2022.
4.8.
Overigens blijkt uit een e-mail van 28 juli 2022 van de geschillencommissie aan [eiseres01] , die door haar in het geding is gebracht, dat ook de geschillencommissie ervan uitgaat dat de termijn voor het instellen van een vernietigingsvordering in dit geval afliep op 23 februari 2022.
4.9.
In artikel 125 Rv is bepaald dat het geding aanhangig is vanaf de dag van dagvaarding. De aanhangigheid van het geding vervalt indien het exploot van dagvaarding niet tijdig ter griffie is ingediend, tenzij binnen twee weken na de in de dagvaarding vermelde roldatum een geldig herstelexploot is uitgebracht.
4.10.
De roldatum die op de dagvaarding van 23 februari 2022 is vermeld, is 8 maart 2022. [eiseres01] heeft verzuimd de dagvaarding tijdig voor die roldatum bij de griffie in te dienen, maar heeft Faceland Chirurgie vervolgens door een herstelexploot van 18 maart 2022 gedagvaard voor de rolzitting van 5 april 2022. Het herstelexploot is uitgebracht binnen twee weken na de in de dagvaarding vermelde roldatum van 8 maart 2022.
4.11.
Uit hetgeen hierboven is overwogen volgt dat de vernietigingsvordering tijdig is ingesteld.
Het bindend advies is niet vernietigbaar
4.12.
Volgens [eiseres01] is het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar dat het bindend advies in stand blijft. Zij stelt dat de geschillencommissie er ten onrechte aan voorbij is gegaan dat voor Radiesse geen oplosmiddel bestaat en dat het aanbod dat Faceland gedaan heeft om de behandeling te reduceren daarom onmogelijk tot een bevredigend resultaat zou kunnen leiden. Volgens [eiseres01] heeft zij haar stelling dat Radiesse niet oplosbaar is voldoende onderbouwd en is het ook een feit van algemene bekendheid dat er geen middel bestaat om Radiesse op te lossen. Dit rechtvaardigt volgens haar de beslissing om niet nader in te gaan op de aanbiedingen die gedaagde heeft gedaan om de behandeling te reduceren. Ook heeft de geschillencommissie niet voldoende toegelicht waarop het bedrag dat aan schadevergoeding is toegewezen (€ 1.500,00) is gebaseerd.
4.13.
Faceland Chirurgie voert daartegen aan dat het gaat om het cosmetisch eindresultaat en dat de manier waarop dat bereikt kan worden minder van belang is. Faceland is een instelling waarin naast het oplossen van fillers ook andere alternatieven beschikbaar zijn om tot herstel en/of reductie van het cosmetische resultaat te komen. Wanneer bepaalde oplossingen niet beschikbaar zouden zijn binnen Faceland , heeft Faceland het netwerk om die oplossingen elders te realiseren. Volgens Faceland Chirurgie heeft [eiseres01] haar daartoe niet in de gelegenheid gesteld. Overigens bestaat er wel een mogelijk bruikbaar oplosmiddel, STS; dat bevindt zich nog wel in de experimentele fase, maar dat sluit niet uit dat het kan worden ingezet.
4.14.
Bij de toepassing van artikel 7:904 lid 1 BW vormt gebondenheid aan het advies de regel, vernietiging op grond van strijd met de redelijkheid en billijkheid de uitzondering. Uitsluitend ernstige gebreken geven aanleiding tot een sanctie: de beslissing is onaantastbaar als de grenzen waarbinnen redelijk denkende mensen van mening kunnen verschillen, niet zijn overschreden. De rechter heeft bij de toetsing van het bindend advies niet de rol van appelinstantie: hij beoordeelt slechts of de geschillencommissie in redelijkheid tot haar beslissing heeft kunnen komen.
4.15.
De kantonrechter is van oordeel dat gebondenheid van [eiseres01] aan het bindend advies in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet onaanvaardbaar is. De kantonrechter komt tot dat oordeel op de volgende gronden.
4.16.
De beslissing van de geschillencommissie om geen schadevergoeding toe te kennen wegens een onjuiste behandeling is erop gebaseerd dat Faceland Chirurgie naar het oordeel van de geschillencommissie niet in verzuim is geraakt. Volgens de geschillencommissie had [eiseres01] Faceland Chirurgie in de gelegenheid moeten stellen om een cosmetisch bevredigend resultaat te bereiken. De bezwaren van [eiseres01] tegen die beslissing komen erop neer dat Faceland Chirurgie onmogelijk een cosmetisch bevredigend resultaat had kunnen bereiken, omdat voor de filler Radiesse volgens [eiseres01] geen oplosmiddel bestaat. De geschillencommissie heeft haar oordeel er kennelijk op gebaseerd dat niet is komen vast te staan dat het voor Faceland Chirurgie onmogelijk was om het resultaat van de behandeling op enige wijze te reduceren, hetzij door het oplossen van de filler, hetzij op andere wijze. Ook als juist zou zijn dat voor Radiesse geen oplosmiddel bestaat, zoals [eiseres01] stelt, dan zou dat dus nog niet betekenen dat de beslissing van de geschillencommissie onjuist zou zijn.
4.17.
Uit de stellingen van [eiseres01] zelf en uit de door haar in het geding gebrachte stukken blijkt dat reductie op andere wijze dan door het oplossen van Radiesse niet bij voorbaat onmogelijk moet worden geacht. Zo stelt [eiseres01] dat [naam03] , werkzaam bij Falck/UMA Clinic, een aantal behandelingen heeft voorgesteld om de gevolgen van Radiesse te verminderen; [eiseres01] vordert onder meer vergoeding van de kosten van deze behandeling, waaruit de kantonrechter afleidt dat zij in het ondergaan van die behandeling kennelijk mogelijk heil ziet. Ook heeft [eiseres01] een verklaring van [naam04] , cosmetisch arts bij Erasmus MC, in het geding is gebracht, waaruit ook blijkt dat behandeling niet onmogelijk is. Faceland Chirurgie heeft aangevoerd dat zij in staat zou zijn geweest om de effecten van de behandeling te reduceren op andere wijze dan door het oplossen van Radiesse, hetzij door dat zelf te doen, hetzij door het te laten doen door een andere kliniek in haar netwerk. Als [eiseres01] heeft willen stellen dat Faceland Chirurgie daartoe niet in staat was, dan heeft zij die stelling, in het licht van de gemotiveerde betwisting door Faceland Chirurgie, onvoldoende onderbouwd.
4.18.
Al met al is de kantonrechter niet gebleken dat de geschillencommissie niet in redelijkheid tot de beslissing had kunnen komen dat [eiseres01] Faceland Chirurgie in de gelegenheid had moeten stellen het resultaat van de behandeling te reduceren.
4.19.
[eiseres01] stelt dat de geschillencommissie nader had moeten motiveren hoe het bedrag dat haar aan schadevergoeding is toegekend, € 1.500,00, precies is samengesteld. De kantonrechter overweegt hierover het volgende.
4.20.
De geschillencommissie heeft geoordeeld dat Faceland Chirurgie tekort is geschoten in haar verplichting om [eiseres01] voorafgaand aan de behandeling zorgvuldig voor te lichten en heeft getalmd met de klachtenprocedure. De geschillencommissie heeft de schade die [eiseres01] als gevolg daarvan heeft geleden vastgesteld op € 1.500,00.
4.21.
[eiseres01] heeft het bedrag van de schadevergoeding waarop zij in de procedure bij de geschillencommissie aanspraak maakte, € 25.000,00, niet gespecificeerd. Het is duidelijk dat als de behandeling niet zou zijn uitgevoerd, [eiseres01] de schade die zij in die procedure stelde te hebben geleden, niet zou hebben geleden. In de procedure bij de geschillencommissie is echter niet vast komen te staan dat als [eiseres01] wel zorgvuldig zou zijn voorgelicht, zij van de behandeling met Radiesse zou hebben afgezien. Of en in welke mate [eiseres01] schade heeft geleden als gevolg van de vastgestelde tekortkomingen kon de geschillencommissie daarom niet nauwkeurig vaststellen. De geschillencommissie heeft die schade om die reden, naar de kantonrechter begrijpt, geschat, in overeenstemming met artikel 6:98 BW. De geschillencommissie had er goed aan gedaan om dit duidelijker in het bindend advies tot uitdrukking te brengen, maar naar het oordeel van de kantonrechter is dit niet een dusdanig ernstig gebrek dat dit vernietiging van het bindend advies rechtvaardigt. Ook is de hoogte van het toegekende bedrag niet zodanig, dat de geschillencommissie niet in redelijkheid tot toekenning van dat bedrag had kunnen komen.
4.22.
Nu gebondenheid van [eiseres01] aan het bindend advies naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet onaanvaardbaar is, is het bindend advies niet vernietigbaar. De vordering tot vernietiging zal dan ook worden afgewezen.
De vordering tot schadevergoeding
4.23.
Nu het bindend advies in stand blijft, moet de vordering tot schadevergoeding reeds om die reden worden afgewezen. Dit betekent dat de overige verweren van Faceland Chirurgie niet hoeven te worden besproken.
Proceskosten
4.24.
[eiseres01] krijgt ongelijk en moet daarom de proceskosten betalen. De kantonrechter stelt deze kosten aan de kant van Faceland Chirurgie tot vandaag vast op € 622,00 aan salaris voor de gemachtigde (2 punten x € 311,00 tarief). Voor kosten die Faceland Chirurgie maakt na deze uitspraak moet [eiseres01] een bedrag betalen van € 124,00. Hier kan nog een bedrag bijkomen voor de betekening van de uitspraak. In dit vonnis hoeft hierover geen aparte beslissing te worden genomen (ECLI:NL:HR:2022:853).
Uitvoerbaarheid bij voorraad
4.25.
Dit vonnis wordt voor wat betreft de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

5..De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
wijst de vorderingen af;
5.2.
veroordeelt [eiseres01] in de proceskosten, aan de kant van Faceland Chirurgie tot vandaag vastgesteld op € 622,00;
5.3.
verklaart dit vonnis voor wat betreft de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.A. Vriezen en in het openbaar uitgesproken.
52890