Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 28 juni 2021, met producties 1 - 16;
- de conclusie van antwoord, met producties AVR-1 - AVR-3;
- de brief van de rechtbank van 22 december 2021, met daarin een zittingsagenda;
- het B-formulier van 14 januari 2022, waarbij [eiseres] producties 17 - 25 in het geding heeft gebracht;
- de namens [eiseres] en namens AVR voorgedragen spreekaantekeningen;
- de tijdens de mondelinge behandeling door AVR getoonde en overgelegde tekening en tabel;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 31 januari 2022.
2..De feiten
3..Het geschil
-een uitvoerbaar bij voorraad gevorderde- veroordeling van [eiseres] in de proceskosten, daaronder mede begrepen de nakosten, alsmede de wettelijke rente over de proceskosten vanaf veertien dagen na het wijzen van de uitspraak.
4..De beoordeling
5..De beslissing
23 maart 2022voor het nemen van een akte door [eiseres] over hetgeen is vermeld onder 4.20, waarna AVR op de rol van vier weken daarna een antwoordakte kan nemen;