ECLI:NL:RBROT:2022:2313

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
22 maart 2022
Publicatiedatum
29 maart 2022
Zaaknummer
10/071370-19 en 10/063137-20 (ttz gev) / TUL: 16/212827-19
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Oplichting en witwassen via Marktplaats met valse bankapp

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 22 maart 2022 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die samen met anderen drie verkopers van auto’s op Marktplaats heeft opgelicht. De verdachte deed zich voor als koper en maakte gebruik van een valse bankapp, waardoor het leek alsof de koopsom van de auto was overgemaakt aan de verkoper. Na de oplichting werd de auto op naam gezet van een medeverdachte en de volgende dag doorverkocht. De verdachte heeft zich ook schuldig gemaakt aan het witwassen van de uit de oplichting verkregen auto’s. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 180 uren en de vorderingen van de benadeelde verkopers werden nagenoeg volledig toegewezen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan meerdere feiten van oplichting en witwassen, en dat de bewezen feiten op ernstige wijze het vertrouwen in online handelsplatforms zoals Marktplaats aantasten. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met het strafblad van de verdachte, waaruit bleek dat hij eerder was veroordeeld voor soortgelijke feiten. De rechtbank heeft de vorderingen van de benadeelde partijen toegewezen, waarbij de verdachte hoofdelijk aansprakelijk werd gesteld voor de schadevergoeding aan de benadeelde partijen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 2
Parketnummers: 10/071370-19 en 10/063137-20 (ttz gev)
Parketnummer vordering TUL: 16/212827-19
Datum uitspraak: 22 maart 2022
Verstek
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de gevoegde zaken tegen de verdachte:
[naam verdachte],
geboren op [geboortedatum verdachte] te [geboorteplaats verdachte] ( [geboorteland verdachte] ),
niet ingeschreven in de basisregistratie personen,
zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland.

1..Onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 23 februari en 22 maart 2022.

2..Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaardingen, zoals deze (onder parketnummer 10/071370-19) op de terechtzitting overeenkomstig de vordering van de officier van justitie is gewijzigd.
De tekst van de gewijzigde tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3..Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. S.B. Epozdemir heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het onder parketnummer 10/071370-19 onder 1 primair, 2 primair, 3 primair, 4 primair, 5 primair en 6 primair en het onder parketnummer 10/063137-20 ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een taakstraf voor de duur van 180 uren, subsidiair 90 dagen hechtenis, met aftrek van voorarrest;
  • tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 16/212827-19.

4..Waardering van het bewijs

4.1.
Bewezenverklaring zonder nadere motivering
Het onder parketnummer 10/071370-19 onder 1 primair en 2 primair en het onder parketnummer 10/063137-20 ten laste gelegde is door de verdachte bekend. Deze feiten zullen zonder nadere bespreking bewezen worden verklaard. Ook de overige (primair) tenlastegelegde feiten acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen op grond van de inhoud van de wettige bewijsmiddelen, zoals als bijlage aan dit vonnis gehecht.
4.2.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder parketnummer 10/071370-19 onder 3 primair, 4 primair, 5 primair en 6 primair ten laste gelegde heeft begaan.
In bijlage III heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en geen verweer is gevoerd dat strekt tot vrijspraak. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder parketnummer 10/071370-19 onder 1 primair en 2 primair en het onder parketnummer 10/063137-20 ten laste gelegde heeft begaan.
De verdachte heeft de bewezen verklaarde feiten op die wijze begaan dat:
Parketnummer 10/071370-19
hij, in de periode van 16 juli 2018 tot en met 17 juli 2018 te Gorinchem,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
[naam slachtoffer 1] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten
de afgifte van een (personen)auto (merk/type: Ford Fiesta), door
- zich als geïnteresseerde(n) te melden voor de op Marktplaats te koop staande genoemde Ford Fiesta bij de verkoper, de genoemde [naam slachtoffer 1] , en
- die auto vervolgens te bezichtigen en met die auto een proefrit te maken en vervolgens de wens kenbaar gemaakt die auto te willen kopen en
- vervolgens de indruk te wekken het aankoopbedrag van 4500 euro over te maken via een (valse/bedrieglijke) betalingsapplicatie op een mobiele telefoon, vanaf een (vals/bedrieglijk/niet bestaand) rekeningnummer van de ABN Amro bank, te weten [rekeningnummer 1] en
- de indruk te wekken dat het voornoemde bedrag (in strijd met de waarheid) naar het rekeningnummer van de echtgenote van die [naam slachtoffer 1] , te weten [rekeningnummer 2] is overgemaakt en- vervolgens de bevestiging van die (niet bestaande) overboeking aan die [naam slachtoffer 1] (verkoper) en zijn echtgenote/partner te tonen
2
hij, in de periode van 8 augustus 2018 tot en met 9 augustus 2018 te Schijndel, gemeente Meierijstad,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse hoedanigheid en/ of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
[naam slachtoffer 2] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten
een auto (merk/type: Seat Ibiza) door
- zich als geïnteresseerde(n) te melden voor de op Marktplaats te koop staande genoemde Seat Ibiza bij de verkoper, de genoemde [naam slachtoffer 2] en- te vragen naar de staat van het voertuig en de uiterste verkoopprijs van het voertuig en de mogelijkheid te bespreken om het aankoopbedrag digitaal over te maken naar de bankrekening van die [naam slachtoffer 2] (verkoper) en
- vervolgens de indruk te wekken het aankoopbedrag van ter waarde van 6500 euro over te maken via een (valse/bedrieglijke) betalingsapplicatie op een mobiele telefoon, vanaf een niet bestaand rekeningnummer naar het rekeningnummer van die [naam slachtoffer 2] (verkoper) en- de bevestiging van die (niet bestaande) overboeking aan die [naam slachtoffer 2] (verkoper) te tonen
3
hij, op 15 augustus 2018 te Enschede, tezamen en in vereniging met een of meer anderen,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
[naam slachtoffer 3] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten
een auto (merk/type: Fiat 500), door
- zich als geïnteresseerde(n) te melden voor de op Marktplaats te koop staande genoemde Fiat 500 bij de verkoper, de genoemde [naam slachtoffer 3] , en- die auto vervolgens te bezichtigen en een proefrit met die auto te maken en de verkoopprijs van die auto te bespreken en het aankoopbedrag van 9200 euro over te maken via een (valse/bedrieglijke) betalingsapplicatie op een mobiele telefoon, vanaf een niet bestaand) rekeningnummer naar het rekeningnummer van die [naam slachtoffer 3] (verkoper) en de bevestiging van die (niet bestaande) overboeking aan de schoondochter van die [naam slachtoffer 3] (verkoper) te tonen
4
hij, in de periode van 17 juli 2018 tot en met 18 juli 2018 te Heerenveen,
een voorwerp, te weten een auto (merk/type: Ford Fiesta), aan Atjebro Automotive heeft overgedragen en omgezet, terwijl hij wist, dat dat voorwerp afkomstig was uit enig misdrijf
5
hij, omstreeks de periode van 8 augustus 2018 tot en met 9 augustus 2018 in Nederland, een voorwerp, te weten een auto (merk/type: Seat Ibiza), heeft overgedragen en omgezet, terwijl hij wist, dat dat voorwerp afkomstig was uit enig misdrijf
6
hij, in de periode van 15 augustus 2018 tot en met 16 augustus 2018 te Assen, een voorwerp, te weten een auto (merk/type: Fiat 500) heeft overgedragen en omgezet,
terwijl hij wist, dat dat voorwerp afkomstig was uit enig misdrijf
Parketnummer 10/063137-20
hij in de periode van 14 februari 2020 tot en met 9 maart 2020 te Rotterdam
opzettelijk een personenauto (kenteken [kentekennummer] ),
toebehorende aan Hiltermann Lease BV, en welk goed verdachte anders dan door misdrijf onder zich had, te weten als voormalig lessee,
wederrechtelijk zich heeft toegeëigend
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

5..Strafbaarheid feiten

De bewezen feiten leveren op:
Parketnummer 10/071370-19
1 primair, 2 primair, 3 primair
Medeplegen van oplichting
Feit 4 primair, 5 primair, 6 primair
Witwassen
Parketnummer 10/063137-20
Verduistering
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
De feiten zijn dus strafbaar.

6..Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.

7..Motivering straf

De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van de feiten,
de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een reeks van oplichtingen via Marktplaats. De verdachte en zijn mededaders hebben zich tegenover de aangevers voorgedaan als bonafide kopers en met een valse internetbankierenapp de indruk gewekt dat zij de auto’s ter plekke betaalden. De aangevers zijn zo bewogen tot de afgifte van hun personenauto’s, in de onjuiste veronderstelling dat er voor die auto’s was betaald. Vervolgens zijn deze auto’s doorverkocht aan autohandelaren en zijn die verkoopopbrengsten opgestreken.
De verdachte heeft door deze handelwijze misbruik gemaakt van het vertrouwen van mensen, met alle vervelende financiële gevolgen van dien. Ook schaadt dit gedrag meer in het algemeen het vertrouwen in een platform als Marktplaats.nl en in het online betalingsverkeer.
Daarnaast heeft de verdachte zich een auto toegeëigend die hij op basis van een leaseovereenkomst onder zich had, terwijl er nooit een leasetermijn is betaald en hij de auto had moeten inleveren.
Verdachte lijkt alleen te hebben gehandeld vanuit het oogpunt van eigen financieel gewin. Dit rekent de rechtbank de verdachte flink aan.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 25 januari 2022, waaruit blijkt dat de verdachte eerder is veroordeeld voor strafbare feiten, waaronder soortgelijke feiten.
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Gezien de ernst van de feiten, de initiërende rol van verdachte bij de feiten en het tijdsverloop zal de rechtbank een taakstraf van na te noemen duur opleggen.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straf passend en geboden.

8..Vorderingen benadeelde partijen/schadevergoedingsmaatregelen

Als benadeelde partij heeft zich in het geding gevoegd [naam slachtoffer 1] (hierna: [naam slachtoffer 1] ) ter zake van het onder 1 ten laste gelegde feit. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 4.500,- aan materiële schade en een vergoeding van proceskosten van
€ 61,40.
Als benadeelde partij heeft zich in het geding gevoegd [naam slachtoffer 2] (hierna: [naam slachtoffer 2] ) ter zake van het onder 2 ten laste gelegde feit. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 6.500,- aan materiële schade en een vergoeding van € 403,88 aan proceskosten.
Als benadeelde partij heeft zich in het geding gevoegd [naam slachtoffer 3] (hierna: [naam slachtoffer 3] ) ter zake van het onder 3 ten laste gelegde feit. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 9.343,04 aan materiële schade en een vergoeding van € 250,- aan immateriële schade.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van [naam slachtoffer 1] dient te worden toegewezen tot het bedrag van € 4.500,-, te vermeerderen met de wettelijke rente en onder oplegging van de schadevergoedingsmaatregel en dat [naam slachtoffer 1] voor het overige niet-ontvankelijk moet worden verklaard.
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van [naam slachtoffer 2] integraal dient te worden toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente en onder oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van [naam slachtoffer 3] dient te worden toegewezen tot het bedrag van € 9.343,04,-, te vermeerderen met de wettelijke rente en onder oplegging van de schadevergoedingsmaatregel en dat [naam slachtoffer 3] voor het overige niet-ontvankelijk moet worden verklaard.
De officier van justitie heeft ten aanzien van de vorderingen hoofdelijke veroordeling met de medeverdachte gevorderd.
Beoordeling
[naam slachtoffer 1] , [naam slachtoffer 2] en [naam slachtoffer 3] hebben ieder materiële schadevergoeding gevorderd ter hoogte van de waarde van de auto’s die door middel van de bewezen verklaarde oplichtingen door de verdachte en haar mededaders zijn weggenomen. Omdat voldoende is komen vast te staan dat zij voor deze bedragen zijn opgelicht, zullen de vorderingen in zoverre worden toegewezen.
[naam slachtoffer 1] heeft voorts proceskosten van € 61,40,- gevorderd voor het bijwonen van de zitting. De rechtbank acht ook dit gedeelte van de vordering voldoende onderbouwd en zal het gevorderde bedrag toewijzen.
[naam slachtoffer 2] heeft nog een materiële schadevergoeding van € 403,88,- gevorderd voor bijstand van een advocaat. De rechtbank acht ook dit gedeelte van de vordering voldoende onderbouwd en zal het gevorderde bedrag toewijzen.
[naam slachtoffer 3] heeft verder materiële schadevergoeding van € 143,04 gevorderd voor juridische bijstand en voor reis-, parkeer- en telefoonkosten. Deze kosten zijn voldoende onderbouwd en zullen worden toegewezen.
[naam slachtoffer 3] heeft daarnaast ook vergoeding van immateriële schade gevorderd. Naar zijn aard is bij dit type delict – oplichting - in de regel geen sprake van aantasting in de eer of goede naam of van aantasting van de persoon op andere wijze. Er zijn geen omstandigheden gesteld of gebleken die in dit geval toch recht geven op vergoeding van smartengeld. De rechtbank zal [naam slachtoffer 3] daarom niet-ontvankelijk verklaren in dit deel van zijn vordering.
Omdat de verdachte de strafbare feiten, ter zake waarvan schadevergoeding zal worden toegekend samen met een mededader heeft gepleegd, zijn zij daarvoor ieder hoofdelijk aansprakelijk. Indien en voor zover de mededader de benadeelde partijen betaalt is de verdachte in zoverre jegens de benadeelde partijen van deze betalingsverplichting bevrijd.
De benadeelde partijen hebben gevorderd het te vergoeden bedrag te vermeerderen met wettelijke rente. De rechtbank bepaalt dat het aan [naam slachtoffer 1] te vergoeden schadebedrag vermeerderd wordt met wettelijke rente vanaf 16 juli 2018, dat van [naam slachtoffer 2] vanaf 8 augustus 2018 en dat van [naam slachtoffer 3] vanaf 15 augustus 2018.
Omdat de vorderingen van de benadeelde partijen (in overwegende mate) zullen worden toegewezen, zal de verdachte worden veroordeeld in de kosten door de benadeelde partijen gemaakt en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
Conclusie
De verdachte moet [naam slachtoffer 1] een schadevergoeding betalen van € 4.561,40, vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld.
Tevens wordt oplegging van de hierna te noemen maatregel als bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht passend en geboden geacht (voor het bedrag aan materiële schade van € 4.500,-).
De verdachte moet [naam slachtoffer 2] een schadevergoeding betalen van € 6.903,88, vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld.
Tevens wordt oplegging van de hierna te noemen maatregel als bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht passend en geboden geacht.
De verdachte moet [naam slachtoffer 3] een schadevergoeding betalen van € 9.343,04, vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld.
Tevens wordt oplegging van de hierna te noemen maatregel als bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht passend en geboden geacht.

9..Vordering tenuitvoerlegging

Vonnis waarvan tenuitvoerlegging wordt gevorderd
Bij vonnis van 23 december 2019 van de politierechter te Lelystad is de verdachte ter zake van medeplegen van oplichting en medeplegen van witwassen veroordeeld voor zover van belang tot een gevangenisstraf van 2 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren. De proeftijd is ingegaan op 7 januari 2020.
Beoordeling
Het hierboven onder parketnummer 10/063137-20 bewezen verklaarde feit is na het wijzen van dit vonnis en voor het einde van de proeftijd gepleegd. Door het plegen van het bewezen feit heeft de verdachte de aan het vonnis verbonden algemene voorwaarde, dat hij voor het einde van de proeftijd geen nieuwe strafbare feiten zou plegen, niet nageleefd.
Daarom zal de tenuitvoerlegging worden gelast van de bij dat vonnis aan de verdachte opgelegde voorwaardelijke straf.

10..Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 9, 22c, 22d, 36f, 47, 57, 63, 321, 326 en 420bis van het Wetboek van Strafrecht.

11..Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

12..Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder parketnummer 10/071370-19 onder 1 primair, 2 primair, 3 primair, 4 primair, 5 primair, 6 primair ten laste gelegde feiten en het onder parketnummer 10/063137-20 ten laste gelegde feit, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot
een taakstraf voor de duur van 180 uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde taakstraf in mindering wordt gebracht volgens de maatstaf van twee uren per dag, zodat na deze aftrek
174 urente verrichten taakstraf resteert;
beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
87 dagen;
veroordeelt de verdachte hoofdelijk met diens mededader, des dat de een betalende de ander zal zijn bevrijd, om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij [naam slachtoffer 1] , te betalen een bedrag van
€ 4.561,40, bestaande uit € 4.500 aan materiële schade en € 61,40 aan proceskosten, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 16 juli 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
legt aan de verdachte
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [naam slachtoffer 1] te betalen
€ 4.500,- (hoofdsom), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 16 juli 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 4.500,- niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
55 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
veroordeelt de verdachte hoofdelijk met diens mededader, des dat de een betalende de ander zal zijn bevrijd, om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij [naam slachtoffer 2] , te betalen een bedrag van
€ 6.903,88, bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 8 augustus 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
legt aan de verdachte
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [naam slachtoffer 2] te betalen
€ 6.903,88(hoofdsom), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 augustus 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 6.903,88 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
69 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
veroordeelt de verdachte hoofdelijk met diens mededader, des dat de een betalende de ander zal zijn bevrijd, om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij [naam slachtoffer 3] , te betalen een bedrag van € 9.343,04, bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 15 augustus 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
legt aan de verdachte
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [naam slachtoffer 3] te betalen
€ 9.343,04(hoofdsom), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 augustus 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 9.343,04 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
81 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
verklaart de benadeelde partij [naam slachtoffer 3] niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering; bepaalt dat dit deel van de vordering slechts kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
veroordeelt de verdachte in de proceskosten door de benadeelde partijen gemaakt en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
verstaat dat betaling aan de benadeelde partijen, waaronder begrepen betaling door zijn mededader, tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partijen en omgekeerd;
gelast de
tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van 23 december 2019 van de politierechter te Lelystad aan de veroordeelde opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 2 maanden.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. K.A. Baggerman, voorzitter,
en mrs. V.F. Milders en L. Stevens, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. C. van Wingerden, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
Bijlage I
Tekst gewijzigde tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
Parketnummer 10/071370-19
hij, in of omstreeks de periode van 16 juli 2018 tot en met 17 juli 2018 te Gorinchem, althans in Nederland
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/ of van een valse hoedanigheid en/ of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
[naam slachtoffer 1] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/ of het teniet doen van een inschuld, te weten
de afgifte van een (personen)auto (merk/type: Ford Fiesta), door
- zich als geinteresseerde(n) te melden voor de op Marktplaats te koop staande genoemde Ford Fiesta bij de verkoper, de genoemde [naam slachtoffer 1] , en/of
- die auto vervolgens te bezichtigen en/of met die auto een proefrit te maken en/of (vervolgens) de wens kenbaar gemaakt die auto te willen kopen en/of
- vervolgens de indruk te wekken het aankoopbedrag van 4500 euro over te maken via een (valse/ /bedrieglijke/niet bestaande) betalingsapplicatie op een mobiele telefoon, vanaf een (vals/bedrieglijk/niet bestaand) rekeningnummer van de ABN Amro bank, te weten [rekeningnummer 1] en/of
- de indruk te wekken dat het voornoemde bedrag (valselijk/bedrieglijk/in strijd met de waarheid) naar het rekeningnummer van de echtgenote van die [naam slachtoffer 1] , te weten [rekeningnummer 2] is overgemaakt en/of
- vervolgens de bevestiging van die (valse/bedrieglijke/niet bestaande) overboeking aan die [naam slachtoffer 1] (verkoper) en zijn echtgenote/partner te tonen;
(art 326 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht)
Subsidiair
ene [naam medeverdachte 1] en/of [naam medeverdachte 2] en/of een onbekend gebleven persoon in of omstreeks de periode van 16 juli 2018 tot en met 17 juli 2018 te Gorinchem, althans in Nederland met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/ of een valse hoedanigheid en/ of door listige kunstgrepen en/ of door een samenweefsel van verdichtsels,
[naam slachtoffer 1] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/ of het teniet doen van een inschuld, te weten
de afgifte van een (personen)auto (merk/type: Ford Fiesta), door
- zich als geinteresseerde(n) te melden voor de op Marktplaats te koop staande genoemde Ford Fiesta bij de verkoper, de genoemde [naam slachtoffer 1] en/of
- vervolgens die auto te bezichtigen en/of met die auto een proefrit te maken en/of (vervolgens) de indruk te wekken die auto te willen kopen en/of het aankoopbedrag van 4500 euro (valselijk/bedrieglijk/in strijd met de waarheid) over te maken via een (valse/bedrieglijke/niet bestaande) betalingsapplicatie op een mobiele telefoon, bij en/ of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks
17 juli 2018 te Gorinchem althans in Nederland,
opzettelijk behulpzaam is geweest en/ of opzettelijk gelegenheid, middelen en/ of inlichtingen heeft verschaft, door
via een (valse/niet bestaande) betalingsapplicatie op een mobiele telefoon het aankoopbedrag van genoemde auto, te weten 4500 euro van een
(vals/bedrieglijk/niet bestaand) bankrekeningnummer van ABN Amro, te weten [rekeningnummer 1] , over te maken naar de bankrekening van de
echtgenote/partner van die [naam slachtoffer 1] , te weten [rekeningnummer 2] en/of
- vervolgens de (valse/bedrieglijke) bevestiging van die overboeking te tonen aan die [naam slachtoffer 1] en/ of zijn echtgenote en/ of vervolgens die auto op naam van haar, verdachtes, te registreren;
(art 326 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht, art 48 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht)
2
hij, in of omstreeks de periode van 8 augustus 2018 tot en met 9 augustus 2018 te Schijndel, gemeente Meierijstad, althans in Nederland
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/ of van een valse hoedanigheid en/ of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
[naam slachtoffer 2] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/ of het teniet doen van een inschuld, te weten
een auto (merk/type: Seat Ibiza) door
- zich als geinteresseerde(n) koper te melden voor de op Marktplaats te koop staande genoemde Seat Ibiza bij de verkoper, de genoemde [naam slachtoffer 2] en/ of
- te vragen naar de staat van het voertuig en/of de uiterste verkoopprijs van het voertuig en/of de mogelijkheid te bespreken om het aankoopbedrag digitaal over te maken naar de bankrekening van die [naam slachtoffer 2] (verkoper) en/ of
- ( vervolgens) de indruk te wekken het aankoopbedrag van ter waarde van 6500 euro over te maken via een (valse/bedrieglijke/niet bestaande) betalingsapplicatie op een mobiele telefoon, vanaf een vals/bedrieglijk/niet bestaand rekeningnummer naar het rekeningnummer van die [naam slachtoffer 2] (verkoper) en/ of
- de bevestiging van die (valse/bedrieglijke/niet bestaande) overboeking aan die [naam slachtoffer 2] (verkoper) te tonen;
(art 326 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht)
Subsidiair
ene [naam medeverdachte 1] en/of [naam medeverdachte 2] en/of een onbekend gebleven persoon in of omstreeks de periode van 08 augustus 2018 tot en met 9 augustus 2018 te Schijndel, gemeente Meierijstad, althans in Nederland
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/ of een valse hoedanigheid en/ of door listige kunstgrepen en/ of door een samenweefsel van verdichtsels,
[naam slachtoffer 2] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten
een auto (merk/type: Seat Ibiza) door
- zich te melden als geinteresseerde(n)voor de op Marktplaats te koop staande genoemde Seat Ibiza bij de verkoper, de genoemde [naam slachtoffer 2] , en/ of
- vervolgens te vragen naar de staat en/of de uiterste verkoopprijs van die auto en/ of de mogelijkheid te bespreken om de verkoop digitaal te verwerken en/ of het aankoopbedrag van 6500 euro valselijk/bedrieglijk/in strijd met de waarheid) over te maken via een (valse/bedrieglijke/niet bestaande) betalingsapplicatie op een mobiele telefoon,
bij en/ of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks
9 augustus 2018 te Schijndel, gemeente Meierijstad althans in Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/ of opzettelijk gelegenheid, middelen en/ of inlichtingen heeft verschaft, door via/vanaf een (valse/bedrieglijke/niet bestaande) betalingsapplicatie op een mobiele telefoon het aankoopbedrag van de genoemde auto, te weten 6500 euro van een niet bestaand bankrekeningnummer over te maken naar de bankrekening van die [naam slachtoffer 2] en/of de (valse/bedrieglijke/niet bestaande) bevestiging van die overboeking te tonen aan die [naam slachtoffer 2] en/of vervolgens die auto op haar, verdachtes, naam te registreren;
(art 326 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht, art 48 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht)
3
hij, op of omstreeks 15 augustus 2018 te Enschede, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/ of van een valse hoedanigheid en/ of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
[naam slachtoffer 3] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/ of het teniet doen van een inschuld, te weten
een auto (merk/type: Fiat 500), door
- zich als geinteresseerde(n) te melden voor de op Marktplaats te koop staande genoemde Fiat 500 bij de verkoper, de genoemde [naam slachtoffer 3] , en/of
- die auto vervolgens te bezichtigen en/of een proefrit met die auto te maken en/of de verkoopprijs van die auto te bespreken en/of het aankoopbedrag van 9200 euro over te maken via een (valse/bedrieglijke/niet bestaande) betalingsapplicatie op een mobiele telefoon, vanaf een vals/bedrieglijk/niet bestaand) rekeningnummer naar het rekeningnummer van die [naam slachtoffer 3] (verkoper) en/ of de bevestiging van die (valse/bedrieglijke/niet bestaande) overboeking aan de schoondochter van die [naam slachtoffer 3] (verkoper) te tonen;
(art 326 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht)
Subsidiair
ene [naam medeverdachte 1] en/of [naam medeverdachte 2] en/of een onbekend gebleven persoon op of omstreeks 15 augustus 2018 te Enschede, althans in Nederland
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/ of een valse hoedanigheid en/ of door listige kunstgrepen en/ of door een samenweefsel van verdichtsels,
[naam slachtoffer 3] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/ of het teniet doen van een inschuld, te weten
een auto (merk/type: Fiat 500), door
genoemde Fiat 500 bij de verkoper, de genoemde [naam slachtoffer 3] , en/of
- vervolgens die auto te bezichtigen en/of een proefrit met die auto te maken en/of de verkoopprijs van die auto te bespreken en/of
- ( de indruk te wekken) het aankoopbedrag van 9200 euro (vals/bedrieglijk/in strijd met de waarheid) over te maken via een (valse/bedrieglijke/niet bestaande) betalingsapplicatie op een mobiele telefoon,
bij en/ of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks
15 augustus 2018 te Enschede althans in Nederland,
opzettelijk behulpzaam is geweest en/ of opzettelijk gelegenheid, middelen en/ of inlichtingen heeft verschaft, door via een (valse/bedrieglijke/niet bestaande) betalingsapplicatie op een mobiele telefoon het aankoopbedrag van de genoemde auto, te weten 6500 euro van een (vals/bedrieglijk/niet bestaand) bankrekeningnummer (vals/bedrieglijk/in strijd met de waarheid) over te maken naar de bankrekening van die [naam slachtoffer 3] en/of de (valse/bedrieglijke/niet bestaande) bevestiging van die overboeking te tonen aan de schoondochter van die [naam slachtoffer 3] en/of vervolgens die auto op haar, verdachtes, naam te registreren;
(art 326 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht, art 48 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht)
4
hij, in of omstreeks de periode van 17 juli 2018 tot en met 18 juli 2018 te Gorinchem en/ of Heerenveen, althans in Nederland,
een voorwerp, te weten een auto (merk/type: Ford Fiesta), en/ of geld, te weten 2700 euro, afkomstig van de verkoop van die Ford Fiesta aan Atjebro Automotive heeft verworven, voorhanden gehad, overgedragen en/ of omgezet, en/ of van een voorwerp, te weten een auto (merk/type: Ford Fiesta) en/of (een) geld(bedrag) ter waarde van 2700 euro, gebruik heeft gemaakt,
terwijl hij wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden dat dat voorwerp en/of dat
geld geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf;
(art 420bis lid 1 ahf/ond b Wetboek van Strafrecht, art 420quatr lid 1 ahf/ond b Wetboek van Strafrecht)
Subsidiair
hij, op of omstreeks 18 juli 2018 te Heerenveen, in elk geval in Nederland, opzettelijk uit de opbrengst van een door misdrijf verkregen goed, te weten een auto (merk/type Ford Fiesta) voordeel heeft getrokken, door die eerder door oplichting verkregen Ford Fiesta te verkopen voor (een) geld(bedrag) ter waarde van 2700 euro;
(art 416 lid 2 Wetboek van Strafrecht)
5
hij, in of omstreeks de periode van 8 augustus 2018 tot en met 9 augustus 2018 te Schijndel, gemeente Meierijstad en/ of Diemen, althans in Nederland,
een voorwerp, te weten een auto (merk/type: Seat Ibiza), en/of geld, 5000 euro, afkomstig van de verkoop van die Seat Ibiza, heeft verworven, voorhanden gehad, overgedragen en/of omgezet, en/of
van een voorwerp, te weten een auto (merk/type: Seat Ibiza) en/of (een)
geld(bedrag) ter waarde van 5000 euro, gebruik heeft gemaakt,
terwijl hij wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden dat dat voorwerp geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf;
(art 420bis lid 1 ahf/ond b Wetboek van Strafrecht, art 420quatr lid 1 ahf/ond b Wetboek van Strafrecht)
Subsidiair
hij, op of omstreeks 9 augustus 2018 te Diemen, in elk geval in Nederland, opzettelijk uit de opbrengst van een door misdrijf verkregen goed, te weten een auto (merk/type: Seat Ibiza), voordeel heeft getrokken, door de eerder door oplichting verkregen Seat Ibiza te verkopen voor (een) geld(bedrag) ter waarde van 5000 euro;
(art 416 lid 2 Wetboek van Strafrecht)
6
hij, in of omstreeks de periode van 15 augustus 2018 tot en met 16 augustus 2018 te Enschede em/ of Assen, althans in Nederland,
een voorwerp, te weten een auto (merk/type: Fiat 500) en/of (een) geld(bedrag) ter waarde van 5000 euro, afkomstig van de verkoop van die Fiat 500, heeft verworven, voorhanden gehad, overgedragen en/ of omgezet, en/ of
van een voorwerp, te weten een auto (merk/type: Fiat 500) en/of (een) geld(bedrag) ter waarde van 5000 euro, gebruik heeft gemaakt,
terwijl hij wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden dat dat voorwerp geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf;
(art 420bis lid 1 ahf/ond b Wetboek van Strafrecht, art 420quatr lid 1 ahf/ond b Wetboek van Strafrecht)
Subsidiair
hij, op of omstreeks 15 augustus 2018 te Assen, in elk geval in Nederland opzettelijk uit de opbrengst van een door misdrijf verkregen goed, te weten een auto (merk/type: Fiat 500), voordeel heeft getrokken, door de eerder door oplichting verkregen Fiat 500 te verkopen voor (een) geld(bedrag) ter waarde van 5000 euro;
(art 416 lid 2 Wetboek van Strafrecht)
Parketnummer 10/063137-20
hij in of omstreeks de periode van 14 februari 2020 tot en met 9 maart 2020 te Rotterdam
opzettelijk
een personenauto (kenteken [kentekennummer] ), in elk geval enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan Hiltermann Lease BV, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte,
en welk goed verdachte anders dan door misdrijf onder zich had, te weten
als voormalig lessee,
wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
(art 321 Wetboek van Strafrecht)